Godsdienstvrijheid op de schop?

De lezing van een moslimprediker in Genk en de terreuraanslag in een moskee in Egypte doen vele gedachten weer overhellen naar het ‘absurde’ van godsdienst. Als we al dat leed zien dat door sommigen veroorzaakt wordt in de naam van godsdienst, dan sluipt het idee wel eens binnen of het inderdaad niet beter zou zijn om de godsdienstvrijheid af te schaffen of toch te beperken. Ik las uitspraken zoals ‘We moeten niet overdrijven met onze vrijheden, eentje die voor mij de schop op mag is godsdienstvrijheid’, ‘religie heeft een voorkeursvrijheid’, en ‘de tijd dat je respect moet hebben voor iemands mening is voorbij’ (Maarten Boudry in Knack, Thijs in de Redactie).
Ik ben geschrokken van het haast haat-dragend gevoel dat deze woorden oproepen. Ik vind de islamitische terreur ook verschrikkelijk, maar moeten we dan de mensenrechten meteen veranderen? Is het recht op godsdienstvrijheid een overbodig recht?
Het is niet omdat sommige gestoorde mensen onder het masker van godsdienst vreselijke dingen doen, dat dit een reden is om de godsdienstvrijheid te beperken. Een slechte, leugenachtige toespraak is toch ook geen reden om de vrijheid van spreken te beperken?

You can’t pick and choose which types of freedom you want to defend.
You must defend all of it or be against all of it.
(Scott Howard Phillips)

België is een godsdienstvrijland. De wet staat boven religie, maar religie is een recht dat iedereen heeft. In België zijn zes godsdiensten officieel erkend, maar er zijn meer actieve godsdiensten. De vrijzinnigheid, of het humanisme, is een erkende levensbeschouwing in ons land. Een levensbeschouwing voor zowel de gelovige als de atheïst is de manier waarop je naar het leven kijkt:
Wat is het leven?
Wat is er belangrijk in het leven?
Voor de godsdienst komt er nog een vraag bij: Wat na de dood?
Het unieke en wonderlijke aspect aan de mens is dat op die belangrijke levensvragen zoveel verschillende antwoorden te vinden zijn.
Nu kan je de vraag stellen, als er zoveel verschillende meningen zijn, hoe kunnen we dan ooit de onenigheid, het onbegrip en de misverstanden oplossen? Hoe kan de mens ooit vredevol samenleven in die mix van religieuze en anti-religieuze opvattingen?

Ik denk dat we ondanks die vele verschillen met elkaar moeten leren leven.
Rik Torfs (hoogleraar en kerkjurist) is een groot voorstander van de mensenrechten. Hij stelde dat de mensenrechten één geheel vormen en als je één ding zou wegnemen de hele structuur in elkaar zou vallen. Atheïsten worden heus niet gediscrimineerd door godsdienstvrijheid. Als je de seculiere stolp gaat zetten boven alles wat grondrechten zijn, mis je de mogelijkheid om een bredere maatschappelijke consensus te krijgen en een situatie te creëren waarbij iedereen zich thuis voelt. De terreur brengt inderdaad een anti-godsdienstgevoel mee, maar we zouden eens stil moeten staan bij onze eigen cultuur. We kennen onze eigen tradities niet meer, wie zijn we zelf? Het is belangrijk om onze eigen cultuur te begrijpen en de verhalen in de Bijbel naar waarde te schatten ( www.canvas.be>tag>maarten-boudry, de afspraak)

Als je het Nieuwe Testament leest in de Bijbel weet je dat Jezus ook hierin het voorbeeld geeft. Ik lees nergens dat Hij mensen dwong om zijn leer te aanvaarden. Ik lees wel dat Hij op een eenvoudige manier zijn leringen verkondigde en de mensen de uitnodiging gaf om Hem te volgen. Christus liet de anderen toe om hun eigen keuzes te maken.

Remember how the Savior handled tough questions …
He remained calm,
He showed respect,
and He taught truth,
but He never forced anyone
to live the way He taught.
(Ronald A. Rasband)

Zou het niet geweldig zijn moesten we allemaal proberen de levensbeschouwing of het geloof van een ander te begrijpen en hen toe te laten hun leven volgens hun geloof te leven?
Natuurlijk onder voorwaarde dat deze levenswijze de gezondheid of vrijheid van iemand anders niet schaadt. Dit staat trouwens in de Universele Verklaring van de Rechten van de Mens:

‘Een ieder heeft recht op vrijheid van gedachte, geweten en godsdienst; dit recht omvat tevens de vrijheid om van godsdienst of overtuiging te veranderen, alsmede de vrijheid hetzij alleen, hetzij met anderen, zowel in het openbaar als in zijn particuliere leven zijn godsdienst of overtuiging te belijden door het onderwijzen ervan, door de praktische toepassing, door eredienst en de inachtneming van de geboden en voorschriften.’

De aanhangers van een godsdienst hebben de complementaire plicht zich aan de wetten te houden en de cultuur te respecteren van het land dat deze vrijheden waarborgt.
Als iedereen deze beginselen zou accepteren en toepassen, dan waren de discussies over de godsdienstvrijheid niet nodig.

Godsdienstvrijheid is niet alleen voor religieuze mensen, ook voor humanisten. Het beschermt zowel gelovigen als atheïsten door hen de ruimte te geven om zelf hun gedachten te bepalen, hun geweten te volgen en een leven te leven volgens wat ze geloven. Dat is toch de essentie van democratie?

The constitutional freedom of religion
is the most inalienable and sacred
of all human rights.
(Thomas Jefferson)

Ik las ergens dat 84% van de wereldbevolking een of andere godsdienst aanhangt en dat toch 77% van de wereldbevolking leeft in landen met sterk beperkte godsdienstvrijheid.
De meerderheid van de wereld kent dus geen godsdienstvrijheid, secularisme en extremisme vieren hoogdagen.
Zoals ik al aangaf klinken er tegenwoordig luide stemmen om de godsdienstvrijheid in twijfel te trekken. Er zijn er ook die proberen godsdienst en gelovigen belachelijk te maken. Of zoals Criss Jami het zei:

Everyone claims to be okay with freedom of religion,
but the moment you mention God
there is a strange tension that fills the air.

Ik heb dat ook al meegemaakt. Ik word door bepaalde mensen niet meer voor ‘vol’ aanzien als ik opmerk te geloven in het bestaan van God. Er zijn er ook die me zeggen dat godsdienst de belangen en de doelen van de overheid en de samenleving zouden schaden. Maar ik weet dat godsdienst een meerwaarde betekent voor elke samenleving!
Melanie Phillips, een atheïste, schreef in haar boek ‘The World Turned Upside Down: The Global Battle over God, Truth and Power’:

‘Je hoeft niet godsdienstig te zijn om in te zien dat de fundamentele waarden van de westerse beschaving op godsdienst gegrondvest zijn. Er is alle reden tot bezorgdheid dat de naleving van godsdienstige beginselen wordt uitgehold en die waarden daarmee ondermijnd worden.’

Vraag je je af wat die fundamentele waarden zijn?
Wel, misschien wel de belangrijkste is dat ieder mens waardevol is.
Denk ook aan de afschaffing van de slavenhandel en de burgerrechtenbeweging, die werden voornamelijk gedragen door mensen met een duidelijke godsdienstige visie.
En wat denk je over de oorsprong van scholen, ziekenhuizen, weeshuizen en andere liefdadigheidsinstellingen?
Rabbi Jonathan Sacks zei:

‘Godsdienst blijft de cruciale factor bij uitstek bij de opbouw van gemeenschappen overal ter wereld. Godsdienst is de beste remedie tegen het individualisme van het consumptietijdperk. De geschiedenis leert ons dat de samenleving niet zonder kan.’

Ik vind het jammer dat sommigen godsdienst als de kanker van de maatschappij beschouwen. We worden inderdaad geconfronteerd met terreur en de meeste slachtoffers van IS zijn moslims. De geschiedenis van de katholieke kerk kent ook zijn gruwelen – de kruistochten en de inquisitie van de 16de eeuw. Maar we zien in de geschiedenis niet alleen onder de naam van godsdienst onderdrukking, ook atheïstische regimes hebben onder de naam van hun levensbeschouwing allerhande wreedheden uitgevoerd. Tegenwoordig staat Noord Korea al jarenlang op nr. 1 van de top 50 landen waar christenen het hevigst vervolgd worden.

Dr. Jan Figel van de Europese Unie zei:

De vervolging in de wereld neemt alleen nog maar toe. De verdrukking wordt steeds bloediger. We mogen niet passief blijven toekijken. Het respect voor de menselijke waardigheid is enorm belangrijk. We moeten een beter leven voor iedereen bevorderen… We zouden moeten erkennen dat menselijkheid en geloof samen kunnen gaan. Godsdienstvrijheid is een onmisbaar onderdeel van de menselijke waardigheid. We vormen op aarde één grote familie. Waardigheid is er voor iedereen. We zijn allemaal verschillend en toch gelijkwaardig. Dat moeten we blijven benadrukken. Het gaat niet zozeer om verschillende godsdiensten, maar wel om het gebruiken van de inspiratie die we uit onze overtuiging en filosofie halen. Op die manier realiseren we meer menselijkheid in de wereld. Op dat vlak kunnen gelovigen en humanisten elkaar vinden.’

Ik ben een christen. Ik behoor tot een niet erkende godsdienst in mijn land. Enkele van de geloofsartikelen van de kerk waar ik lid van ben (de Kerk van Jezus Christus van de heiligen der laatste dagen) luiden:

Wij eisen het goed recht de almachtige God te aanbidden volgens de stem van ons eigen geweten, en kennen alle mensen hetzelfde goed recht toe: laat hen aanbidden hoe, waar of wat zij willen. Wij geloven onderdanig te moeten zijn aan koningen, presidenten, heersers en magistraten, door het gehoorzamen, eerbiedigen en hooghouden van de wet. Wij geloven eerlijk te moeten zijn, trouw, kuis, welwillend, deugdzaam en goed te moeten doen aan alle mensen.’

Mijn kerk heeft meer dan 14 miljoen leden verspreid over de hele wereld. Gezien de hele wereldbevolking zijn we klein in aantal, maar we hebben als geloofsgemeenschap al zoveel goeds tot stand kunnen brengen. Even een paar voorbeelden om aan te tonen dat godsdienst wel degelijk een positief verschil op de maatschappij kan uitmaken:

In 2015 doneerden vrijwilligers uit mijn kerk 25 miljoen uur aan arbeid voor welzijnszorg en humanitaire projecten. LDS Charities werkt nauw samen met andere organisaties zoals het Rode Kruis. De Tsunami in Zuidoost-Azië herinneren we ons misschien nog wel. Onze kerk bleef 5 jaar lang actief en bouwde er 900 permanente woningen, 24 watersystemen, 15 basisscholen, 3 zorgcentra en 3 buurtcentra die ook als moskee fungeerden. Bij elke wereldramp is onze kerk als een der eerste ter plaatse en biedt hulp aan alle mensen welk hun levensbeschouwing of geloof ook is.

Godsdienst geen meerwaarde? Ik denk het wel.

Godsdienstvrijheid is de hoeksteen
van vrede
in een wereld
met velerlei levensbeschouwingen.
(D. Todd Christofferson)

Tip: Lees het artikel ‘Geloof kan ook mooi zijn’ op de blog www.geenszins.info

Meer weten over mijn kerk: www.mormon.org

www.kerkvanjezuschristus.org

www.lds.org

 

Mantels en jassen.

Het wordt kouder en dat voel je niet alleen, dat zie je ook. De bomen hebben een mechanisme in werking gezet dat hun bladeren eerst betoverend kleurt, maar dan genadeloos laat vallen. Zomerbloemen zijn, behalve enkele koppige exemplaren,  zo goed als verdwenen en de tuinen kleuren zich met herfstbloemen en allerlei zaaddoosjes. Ook op straat zijn de tinten veranderd. De meeste mensen die je tegenkomt hebben hun zomerse kleurige outfit in de kast gestopt en verhullen zich nu in meerdere donkere laagjes. Waar eerst nog lichte regenjassen het straatbeeld overheersten, zie je nu meer en meer wollen mantels moedig de kille temperaturen trotseren. Het jassen- en mantelseizoen is begonnen.

Terwijl ik de kraag van mijn mantel wat hoger trek om de zure wind buiten te houden, moet ik denken aan een voorval van jaren geleden. In de middelbare school  veegde een leerkracht me de mantel uit omdat ik een zakdoek verkeerd had gestreken ( In de jaren zeventig kreeg je in het ASO buiten talen, wiskunde en wetenschappen ook nog strijk-, kook- en naailessen, écht waar!). Ik begrijp nog altijd niet dat ik zo uitgefoeterd werd – hoe kan je nu een zakdoek verkeerd strijken? Enfin, al bij al kreeg ik weinig onder mijn voeten op school. Wat ik geweldig vond was dat vele leerkrachten me lieten nadenken en wezen op de dwaasheid van zo maar de mantel naar de wind te houden. Een meeloper zijn is misschien gemakkelijker en voelt misschien veiliger aan, maar ik ben blij dat ik geleerd heb een eigen mening te vormen en die te uiten.

Be a voice
not an echo.

Weet je wat ik een mooi gezegde vind? Iets met de mantel der liefde bedekken.’
Het is niet alleen mooi om te horen, maar het is ook geweldig als we het echt doen. We kunnen dan iets door de vingers zien. Of we zien iets dat niet goed is en geven toch geen oordeel. We vergeven foutjes en draaien de bladzijde om.
Natuurlijk is dat niet altijd goed. Soms moeten we dingen rechtzetten, verbeteren of bespreken.

Haat wekt twisten op,
maar liefde bedekt alle overtredingen.
(Spreuken 10:12)

We hebben allemaal een uniek karakter, andere eigenschappen en … rode knoppen. Rode knoppen zijn onze gevoelige kantjes, onze lange tenen. En wee de persoon die zo’n rode knop indrukt!
Een beetje frustratie hoort bij het leven. Niemand is perfect. Het kan niet allemaal rozengeur en maneschijn zijn. Niet alles kan altijd koek en ei zijn. Maar ik denk dat er weinig mensen zijn die erop uit zijn om hun medemens met opzet te kwetsen. Weinig mensen hebben echt slechte bedoelingen. Misschien moeten we overwegen dat ze uit een ander nest dan het onze komen, of dat ze slecht geslapen hebben, of niet goed hebben nagedacht.

Als je je beledigd voelt, probeer dan eens in het vel van de ander te kruipen. Ik blijf geloven dat weinig mensen ècht slecht zijn en dat ze gewoonlijk proberen te doen wat juist is.

The giving or taking of offence can be avoided
if we exercise charity in our relationships with others.
(Denise Turner)

Wanneer je verdrietig om iets bent, of iets irriteert je, dan mag je dit ook niet opkroppen, dan moet je dit wel zeggen. Maar het is belangrijk om niet van elke kleinigheid een oorlog te maken.
Er zijn heel wat problemen doordat agressie met agressie beantwoord wordt. Soms wordt de agressor zelfs geïmiteerd. Zei men vroeger niet dat je eerst je tong tien keer moest ronddraaien voor je een antwoord geeft?

Verspil geen tijd meer met ruzie
over wat een goed mens behoort te zijn.
Wees er één!
(Marcus Aurelius)

Een mantel is veel wijder dan een jas. We kunnen er dus veel mee bedekken: aanvaringen, botsingen, conflicten, disharmonie, disputen, geschillen, meningsverschillen, onvrede, wrijvingen, …
In onze relatie met onze partner, of onze kinderen, kan deze mantel niet breed genoeg zijn. Ruzie maken is echt voor niets goed. Aan de andere kant worden we wel dagelijks geconfronteerd met conflictsituaties en soms vergeten we onze mantel, of is hij niet wijd genoeg, of willen we hem met opzet strakker maken of zelfs niet aan doen.
Mensen kunnen ons diep kwetsen, kunnen we daar zo maar aan voorbij gaan?
Ik geloof dat we de lucht moeten laten opklaren, maar zonder ruzie.
Eerst moeten we bij onszelf eens kijken: is er een rode knop ingedrukt? Zijn mijn tenen te lang? Ben ik moe? Heb ik een slechte dag en moet mijn partner of kind dit nu bekopen?

Als ik me gekwetst voel dan weet ik dat ik dat niet mag opkroppen, want dat is de munitie die ik dan verzamel voor de spreekwoordelijke bom. Ik laat dat gevoel dus binnenkomen en wil het dan kwijt. Ik denk dan na hoeveel ik van mijn partner of mijn kind hou, hoeveel ze voor mij betekenen en ik zeg hen dat. De moeilijkheid is dat ik mijn emoties nog moet onderdrukken en met een open geest moet luisteren naar de emoties van mijn kind of partner. Als we ons op de andere focussen, dan kunnen we ons eigen ego een halt toeroepen. Geen gemakkelijke opdracht, maar wel noodzakelijk om open te kunnen praten.

Pas als de ander
alle ruimte heeft gekregen
om te praten en zich te uiten,
zal deze in staat zijn
naar jou te luisteren.
(Mireille Mettes)

In Mattheüs 5: 40 lezen we: ‘Als iemand uw hemd wil nemen, laat hem dan ook uw mantel.’
In de Engelse King James vertaling leest dit als: ‘And if any man take away thy coat, let him have thy cloke also.’
Ik zie dit vers zo, dat als iemand je jas vraagt, je hem dan ook je mantel geeft.
De Heer bedoelt hiermee echter niet dat we elke agressie moeten bedekken. Hij vraagt zeker niet om een agressor een ander slachtoffer aan te bieden. Joseph D. Parry legde het als volgt uit:

‘ Offering our cloak when our coat is required, is a way of imputing a reasonable motive to another’s action, allowing the action to define itself as a statement of need or fear that we might actually be able to do something about. Moreover, in asking us to give what they would take from us He is asking us to extend them the right to rethink what they wanted and why they wanted it; to acknowledge their right and capacity to change without being compelled to do so, just as we would prefer not to be compelled to do or give something. The Golden Rule, in other words.’

De mantel der christelijke liefde
dragen de meeste mensen
strak dichtgeknoopt.

Er zijn sprookjes over mantels geschreven, er zijn films over mantels gemaakt en in de Schriften staan ook veel verhalen over allerlei mantels waaronder de veelkleurige mantel van Jozef, de profetenmantel van Elia, de koningsmantel, de mantels op de weg naar Jeruzalem, de purperen mantel van Jezus.
Jesaja spreekt over een ‘lofgewaad’ (Jesaja 61:3)
Er zijn momenten waar we letterlijk een mantel kunnen geven, aan daklozen of vluchtelingen, of aan mensen die zich geen degelijke winterjas kunnen kopen. Maar die momenten zullen zich niet zoveel voordoen, een ‘lofgewaad’ geven kunnen we altijd. Er is nooit genoeg vriendelijkheid in de wereld, op ons werk, in onze buurt, bij ons thuis. Overal zijn er mensen die pijn hebben, die ziek zijn, die gepest worden, die niet goed in hun vel zitten, die moeilijkheden hebben. Iedereen kent wel iemand die eenzaam, ontmoedig of verdrietig is.
Elke dag hebben duizenden mensen nood aan een vriendelijke daad. Een eenvoudige glimlach of een complimentje kunnen iemand zijn dag maken.

Compliment people,
magnify their strengths,
not their weaknesses.

We worden overstelpt met mediabeelden over mensen die in nood verkeren. Het is meestal ‘de ver-van-mijn-bed-show’. Maar het is heel belangrijk om gevoelig te blijven voor de noden van een ander.
Misschien moeten we in deze donkere dagen wat beter rondkijken naar mensen die gebukt gaan onder een last.
Misschien moeten we een glansspray bij ons hebben om ontmoedigde mensen wat glitters te laten zien.
Misschien moeten we wat meer complimentjes geven, wat meer glimlachen.
Zijn we alert genoeg om de mensen te herkennen die onze ‘mantel van naastenliefde’ of een ‘lofgewaad’ nodig hebben?
Als mensen ‘bibberen’ , mogen ze dan onder jouw mantel warmte voelen?

Weet je welke mensen een hele wijde mantel hebben en een prachtig lofgewaad om te delen? De vele mantelzorgers in onze maatschappij! Ik zag het bij mijn eigen moeder en bij een schoonzus hoe zij een dierbare dag in dag uit onder hun liefdevolle vleugels namen en hun eigen leven in het teken van die ander zetten. Prachtig!

Het jassen – en mantelseizoen is dus aangebroken. Ik probeer mijn mantel niet te strak te knopen en ik probeer het ‘lofgewaad’ ook niet te vergeten. En jij?

Afscheid nemen.

Zelfs in tuinen van verdriet
blijft de klaproos van herinnering
in de warmste tinten bloeien.
(Kris Gelaude)

‘Afscheid nemen bestaat niet.’, dit zong Marco Borsato en het werd een hit in Nederland en in Vlaanderen. Ik heb dit liedje nog gebruikt tijdens het afscheidsfeest van de zesdeklassers. De kinderen zongen met tranen in hun ogen dat het geen afscheid was. Nu, de toekomst wees uit dat het die avond voor de meesten wel degelijk een afscheid was. Ons dorp heeft namelijk geen middelbare school en de wegen van mijn leerlingen liepen daarom al vroeg in hun leven ver en minder ver uit elkaar.

Afscheid nemen bestaat wél!
Het leven is een voortdurend afscheid nemen. Het begint al vanaf we geboren worden: huilend nemen we afscheid van de warme baarmoeder. We worden alleen in een bedje gelegd en als we een beetje groter geworden zijn, zet men ons of bij de kinderopvang of bij een onthaalmoeder. Aan de poorten van de kleuterschool merk je dat afscheid nemen ook voor veel mama’s niet evident is.

Afscheid is overal. De lucht is er zwaar mee beladen: verhuizen, een dood huisdier, een nieuwe job, een ziekte, een ongeval, een scheiding, de dood.
Of we nu groot of klein zijn, afscheid betekent een verandering in het leven en zowel kinderen als volwassenen moeten deze verandering kunnen plaatsen.
Een afscheid heeft vele lagen en betekenissen, is gewild of ongewild. Daarom borrelen er ook zo veel verschillende gevoelens op: dansende, huilende, twijfelende en verbitterde gevoelens. Soms zitten deze gevoelens zo diep verborgen dat ze pas na enkele dagen, weken, of zelfs jaren de oppervlakte van ons uiten bereiken.

Ik weet uit ervaring dat de pijn van een groot verlies nooit echt weggaat, maar je kan er wel mee leren omgaan. Ik denk dat leren omgaan met afscheid voor ieder mens een van de lessen van het leven is.

Where is the good
in goodbye?
(Meredith Wilson)

Hoe ouder je bent, hoe meer afscheid je al hebt genomen.
Toen ik in de kleuterschool zat stierf mijn beste vriendinnetje. Ik weet er niet meer zo veel van, alleen dat ik mensen hoorde zeggen dat ze nu een engeltje was. Heb ik toen veel geweend? Ik weet het niet. Ik herinner me nog vaag een knauwend gevoel telkens ik het grasveld zag waar we samen gespeeld hadden. Ik zal mijn maatje zeker gemist hebben, maar was nog veel te klein om er diep op in te gaan. Ik wist dat ze ergens verder leefde en had er vrede mee. Er kwamen andere vriendjes in mijn leven. En er kwamen ook huisdieren. Kleine poesjes en kanarievogels waarvan ik om allergische redenen ook vlug afscheid van moest nemen. Ik herinner me een boos gevoel en ik weet ook nog dat er een heel gedoe was rond ‘Paaskuikentjes’. Vroeger kreeg je rond Pasen een kuikentje van de kippenboer. Misschien waren dat geen gezonde kuikens, of waren ze te vlug van de moederhen weggehaald, in ieder geval waren deze kuikens geen lang leven beschoren. Toen mijn lief, donzig, geel bolletje stierf, was ik niet te troosten. Mijn moeder besliste toen om nooit geen huisdieren meer toe te laten. En dat is waarheid geworden.

Waarschijnlijk hebben jullie ook meegemaakt dat je gemengde gevoelens had bij een afscheid. Zo was ik blij en enthousiast toen ik directrice van een school werd, maar voelde ik ook een spanning voor die nieuwe job en een melancholisch gemis van het zelf lesgeven.
Afscheid kan ook opnieuw verdriet oproepen van eerdere rouwperiodes. Toen ik onlangs op de begrafenis van een jonge moeder was, voelde ik weer het diepe verdriet over de dood van een goede vriendin die jaren geleden haar jonge kinderen ook moest achterlaten.

Afscheid nemen,
welk afscheid ook,
kost tijd.

Nina George schreef:
‘Weet je dat er een tussenwereld bestaat tussen het einde en het nieuwe begin? Dat is de verwonde tijd. Het is een moeras waarin zich dromen, zorgen en vergeten doelen verzamelen. Je stappen worden zwaarder in die tijd. Onderschat die overgang niet, tussen afscheid en begin. Neem de tijd. Soms zijn zulke drempels te breed om ze in één stap te nemen. De drempel die je moet nemen tussen een afscheid en een nieuw begin. (De boekenapotheek aan de Seine)

Er is niet één manier om met afscheid om te gaan. Maar je moet wel iets doen. De ene persoon schrijft de ziel uit zijn lijf, de andere loopt ontelbare rondjes in het bos. Er zijn mensen die willen praten, anderen zoeken de eenzaamheid en de stilte op. Elk mens zal bij elk soort afscheid de afleiding of de uitlaatklep moeten vinden die bij hem past. Het leven gaat immers door. Het leven verwacht dat we verder leven. De pijn, de onmacht, of het verdriet zullen nooit volledig verdwijnen, maar zijn wel beter te dragen als je een verwerking zoekt.

Voor mensen in diep verdriet
schiep God
de eerbied van de stilte,
de troost van een omarming,
en de nabijheid van een vriend.
(Kris Gelaude)

Ik heb een heel goede vriendin. Men noemt dat een boezemvriendin, een soulmate, een zielsverwant. We hebben vele jaren gebabbeld, gelachen en gehuild. We hebben samen musea bezocht en pannenkoeken en mossels gegeten. We hebben pareltjes van boeken besproken en geestelijke ervaringen gedeeld. En toen kwam de dag dat ze ging verhuizen, niet zomaar een paar dorpen verder, maar naar een verre plaats over de grote plas. Ik herinner me nog de krop in mijn keel bij het afscheid. Hoe meer ik nog wou zeggen, hoe minder geluid er uit mijn mond kwam.
Met de jaren heb ik al veel vrienden uitgezwaaid, naar een andere streek of naar de andere kant van de sluier. Er zijn van die dagen dat de lege plekken in mijn hart rauw en bitter smaken. Maar ik weet dat ik die leegtes dan moet beschilderen met de vrolijke kleuren van dankbaarheid.
Weet je, ik moet koesteren wat er was. Al die mensen en dingen hebben me gevormd tot wie ik ben en ze hebben mijn leven verrijkt. En dàt raak ik nooit meer kwijt!

Afscheid nemen
is met zachte vingers,
wat voorbij is,
dichtdoen en verpakken
in de goede gedachten der herinnering.

Zoals ik al zei, het leven gaat verder. We kunnen echter het volgende hoofdstuk van ons leven niet ten volle starten als we in het vorige hoofdstuk blijven hangen. Meredith Wilson vroeg zich af ‘where is the good in the goodbye’. Op een dag zullen we het goede zien, want elk einde is een nieuw begin.

Toon Hermans zei:

Omdat er liefde is,
bestaat er geen voorbij.
In alle eeuwigheid
ben jij …

Ik verkies een ‘hello’ boven een ‘goodbye’. Maar de pijn van het afscheid van een geliefde zal verdwijnen bij het weerzien.

We only part to meet again.