Olympische Spelen en kampioenen.

blog olymp

Terwijl ik dit artikel aan het schrijven ben, zijn de Olympische Spelen in Rio, Brazilië, aan hun tweede week toe. De Belgische atleten hebben tot nu vijf medailles veroverd. Voor zo’n piepklein landje valt dit best mee.

Geschiedenis was een van mijn favoriete vakken op school. In mijn vroege tienerjaren zat daar ook al eens een les over de Olympische Spelen bij. We moesten dan een map maken met foto’s en verslagen over deze grote sportwedstrijd. Dit was voor het digitale tijdperk en vergde dus wel een en andere creativiteit. Alleen al aan een krant geraken waar ik in mocht knippen was al een grote stunt. Maar door dit opzoekingswerk kreeg ik een grote bewondering voor de mensen die zulk een sportprestatie neerzetten. De ene sporttak kon me al wat meer charmeren dan de andere, maar ik besefte al vroeg wat een voorbereiding de atleten maakten om mee te kunnen doen aan de Spelen.

Ongeveer 2000 jaar geleden werden de eerste Spelen in het Griekse plaatsje Olympia gehouden, vandaar de naam Olympische Spelen. De eerste spelen werden op de velden voor de tempel van hun oppergod Zeus gehouden. Maar door het grote succes werd er uiteindelijk in Olympia een stadion gebouwd voor 40 000 toeschouwers (veel Belgische steden hebben zelfs nu nog zo geen stadion). In de vierde eeuw verbood de Romeinse keizer Theodosius de Spelen, omdat ze gezien werden als een heidens feest.
Meer dan 1500 jaar later, in 1896, voerde Baron Pierre de Coubertin de huidige Olympische Spelen in.

De eerste moderne Olympische Spelen werden in Athene gehouden met negen sporten: schermen, atletiek, zeilen, zwemmen, ruitersport, gymnastiek, schieten, roeien, wielrennen en tennis. Nu staan op de Spelen in Rio 42 disciplines op het programma onderverdeeld in 28 sporten!

Wat hetzelfde gebleven is, is het Olympisch symbool van vijf ringen, ontworpen door de oprichter van de Spelen, Pierre de Coubertin. Elke ring heeft een andere kleur en stelt een werelddeel voor. De ringen zijn in elkaar gevlochten en hebben de mooie symbolische betekenis dat alle landen met elkaar verbonden zijn.

Bij elke start van de Olympische Spelen wordt het Olympisch vuur aangestoken in Olympia en doorgegeven tot aan de plaats waar de spelen georganiseerd worden. Het moet de hele duur van de spelen blijven branden en het is het symbool van de eeuwige strijd van de mens om tot eenheid en verbondenheid te komen. Als we de actualiteit ook maar een beetje opvolgen, dan merken we dat die strijd tot eenheid en verbondenheid nog volop bezig is.

Ieder van ons

heeft een vuur

branden in zijn hart.

Het is een doel in ons leven

om dit vuur te vinden

en brandend te houden.

(Melly Lou Retton, gouden medaille in 1984)

De spelen waren lang een zuivere mannenaangelegenheid. Pas vanaf 1952 mochten de vrouwen ook individueel meedoen. Girls bewezen vanaf toen dat ze ook sportpower bezaten!

De Olympische Spelen verliepen niet altijd even enthousiast. Voor de spelen in Rio nu had men vooral biologische bedenkingen, in 1936 waren de Spelen grimmig door de aanwezigheid van Adolf Hitler. De toenmalige zwarte atleet Jesse Owens zei toen deze beroemde woorden:

Ik wilde geen deel uitmaken van de politiek.
En ik was ook niet in Berlijn om te strijden tegen welke atleet ook.
Het doel van de Olympische Spelen is om je best te doen.
Ik leerde al lang geleden van Charles Riley dat
de enige overwinning die telt,
degene is over jezelf.

Ik vind het geweldig welk een prestaties deze sportmensen leveren en ik wilde als jong meisje ook uitmunten in een of ander sport. Ik kon goed spurten en heb zelfs een tijdje hoogspringen gedaan. Ik hield van basketten en volleyballen. Maar door een vervelende huidziekte wou ik mijn lichaam verstoppen. Ik kreeg het idee dat mensen me aanstaarden en werd heel verlegen. Ik stopte met sporten. De verplichte gym- en zwemlessen op school waren frustrerend. Moest het toen bestaan hebben, ik zou ook het liefst van al een boerkini aangetrokken hebben.
Had ik toen de uitspraak van bokster Katie Taylor gelezen, ik was misschien wel sportiever gebleven:

Ik wil jonge vrouwen vertellen
dat niet alles om make-up en uiterlijk draait,
je bent zo veel meer
dan hoe je eruitziet.

Gelukkig ben ik door diezelfde ziekte wel een doorzetter geworden op gebieden waar lange mouwen en lange broeken geen belemmering vormen.

De meeste mensen zullen nooit wereldberoemde sportsterren worden, maar we kunnen allemaal iets leren door naar de Spelen te kijken.
Atleten hebben meer nodig dan superkracht en talent, ze hebben haar op hun tanden en de wilskracht en vastberadenheid om telkens als ze vallen weer op te staan.

‘Er komt altijd een moment waarop je valt.
Maar ik trek me dan op aan wat ik geleerd heb:
als je hard werkt,
zal alles in orde komen.’
(Lolo Jones)

Dat harde werken geldt niet alleen voor sporten, maar op alle facetten van ons leven. Studeren, werken, acteren, relaties, … als we wat aanmodderen dan komt er niks van. Als we na een tegenslag opgeven, zullen we nooit onze dromen bereiken.
De uitspraak van Jesse Owens, gegeven in een periode van diepe rassendiscriminatie, raakt me diep en geeft me moed om verder verhalen te schrijven, om te blijven harp oefenen, om het aquarellen nieuw leven in te blazen, om vriendschappen te koesteren en om te blijven geloven in een betere wereld.

We hebben allemaal onze dromen.

maar om die dromen werkelijkheid te laten worden

is er heel veel vastberadenheid,

toewijding, zelfbeheersing en inzet nodig.

Op de Spelen in Brazilië hebben we grote atleten gezien. We hoorden hun oprechte uiting van dankbaarheid om alleen al deel te nemen. Soms waren hun prestaties niet zoals verwacht, maar ‘ik heb mijn best gedaan’ is een zin die je dikwijls hoort.
We zouden er allemaal beter van worden moesten we de Olympische gedachte naleven:

Het belangrijkste van de Olympische Spelen

is niet te winnen,

maar deel te nemen,

net als het belangrijkste in het leven

niet de overwinning,

maar de strijd is.

Het essentiële is

niet de overwinning te hebben behaald,

maar goed gestreden te hebben.

(Baron Pierre de Coubertin)

Het leven lijkt op een sportspel. Het is soms moeilijk om gedurende het hele sportspel gefocust te blijven. De tegenstander provoceert, daagt uit en test ons verder in de loop van het spel. Soms krijgen we een achterstand, we verliezen onze focus, krijgen een inzinking. Maar de coaches roepen, geven vertrouwen, raad, moed en veranderen soms onze positie. Coaches geven nooit op –  ze blijven geloven in de overwinning.
In het leven verliezen we soms ook onze focus. Onze gebeden verwateren. De drukte van het dagelijks leven maken schriftstudie moeilijker. We vergeten te luisteren naar de Geest. het wereldse krijgt meer aandacht. We vallen, blijven achter. maar we kunnen terug op het spoor geraken. De Heer heeft ons uren, dagen en jaren gegeven als checkpoints om ons te helpen focussen op het uiteindelijke doel: de gouden medaille van het Eeuwige Leven.
We hebben levenscoaches die ons helpen dat doel te bereiken: ouders, leerkrachten, vrienden, bisschoppen, engelen, profeten, apostelen, huisonderwijzers, huisbezoeksters, leiders en de heilige Geest.
Maak gebruik van beschikbare checkpoints: gebed, de schriften, kerkbezoek, devotionals, dienstbetoon. Behoud je focus. geef nooit op. Je coaches zijn er tot het laatste spel. (uit een toespraak van Elaine Michaelis)

Het motto van de Olympische spelen is:

Citius, Altius, Fortius.

Sneller, Hoger, Sterker.

In die woorden zit het hele verhaal van de Olympische Spelen vervat: gebroken records en een uitdaging naar verbetering. De wereldrecords van het begin van de spelen worden vandaag door tienermeisjes gebroken.
De woorden Citius, Altius en Fortius komen door de Olympische atleten tot leven. Diezelfde kwaliteiten die iemand tot kampioen maken, maken ook kampioenen in het leven.
De bokser Joe Frazier zei:

Niet iedereen kan een kampioen zijn –

niet iedereen kan een atleet zijn,

maar iedereen kan zijn best doen om te proberen

iets van zijn leven te maken.

Het Olympisch motto en de Olympische geest hebben voor mij een diepe betekenis, want ik geloof in eeuwige vooruitgang. Ze geven me de motivatie om me in alle aspecten van mijn leven te verbeteren, om mijn best te doen, mijn pas te verlengen, een kampioene te worden.

In onze seculiere wereld wordt wantrouwig en meewarig naar godsdienstbeleving gekeken. Godsdienstig geloof heeft nochtans bewezen dat ze een machtige kracht ten goede kan zijn voor heel de mensheid. Mijn geloof heeft van mij een beter en sterker mens gemaakt. Daarom wil ik de volgende uitspraken met jullie delen.

‘We zijn zonen en dochters van God. Als we genoeg geloof hebben dat wij kinderen van God zijn, en zo leven dat Hij ons kan zegenen en groter maken, dan zal Hij alles doen wat je Hem in rechtvaardigheid vraagt.
Als je streeft naar een zinvol leven en je medemens dient, zal de Heer je helpen. Hij kent je mogelijkheden en kan je helpen ontwikkelen zodat je sneller, hoger en sterker loopt dan dat je ooit voor mogelijk achtte. (Robert L. Backman)

Bisschop Gary E. Stevenson vergeleek onze weg naar het eeuwige leven met de ‘vier-minuten-prestatie- van Olympische sporters. Jaren van voorbereiding zouden als een succes of een teleurstelling gezien worden op basis van de resultaten in prestaties die soms maar enkele minuten beslaan. Hij zei:
Dit leven is jouw vier minuten. Terwijl je hier bent bepalen je daden of je de prijs van het eeuwige leven behaalt. De profeet Amulek beschreef het als volgt:” Dit leven is de tijd om je erop voor te bereiden God te ontmoeten; ja zie, de dag van dit leven is de dag om je arbeid te verrichten.” De apostel Paulus onderwees dat we zo moeten lopen dat we de prijs behalen.’

Als we iets willen bereiken dan gebeurt het wel eens dat er dingen tegen zitten. In mijn eigen leven en in het verwezenlijken van mijn dromen heb ik gevlogen, gezongen en succes gehad. Ik heb ook afgunst en nijd ontmoet, verwerping, onbegrip en ziekte. Jessica Ennis Hill, atleet, zei:

Ik ben trots op de manier
waarop ik omga met tegenslagen.
Het is lastig als je je down voelt
en denkt:
“Waarom gebeurt mij dit?”
Maar je moet verder gaan.
Dat is wat je een beter atleet maakt.

Verder gaan met leven, met goed te leven, met beter te leven, dat is onze opdracht.

De wereld heeft veel soorten kampioenen. Voor mij is een kampioen een winnaar, een held, een doorzetter. Het is iemand die nooit opgeeft, ook als alles tegenzit. Het is iemand die moeilijkheden overwint, ook al vergt het veel tijd, hard werk, creativiteit en onbegrip. Een kampioen is hoopvol, optimistisch en spot en hoon krijgen hem niet klein. Een kampioen houdt van zijn medemens.

Weet je, we kunnen allemaal een kampioen zijn in het spel dat ‘het leven’ heet.

 

Het staat in de sterren geschreven.

blog sterren

Nog nooit zag ik een sterrenhemel zo fonkelen als in de Dolomieten in Noord-Italië. Op tweeduizend meter hoogte, ver van alle lichtpollutie, leek het wel alsof ik midden in een sprookjesnacht beland was. Ik zag een sterrenshow die veel mooier was dan al het vuurwerk dat ik ooit al gezien heb.

Als alle vuurwerk is weggewaaid,

dat de kinderen zo verrukt,

blijven de oude, eeuwige sterren

in stille majesteit aan de hemel staan.

(Paul Heyse)

Waarschijnlijk zal in de woestijn of in ’t midden van de oceaan de sterrennacht er nog geweldiger uitzien, maar ik koester die nacht in de bergen als een van mijn mooiste natuurbelevenissen. Het was een wolkenloze nachtelijke hemel, geen wind, totale stilte en koud genoeg om een jas om te slaan. De melkweg leek een sluier geslingerd in de zwarte met diamanten bestrooide nacht. Ik kon Marguerite Yourcenar volledig begrijpen toen ze zei:

Het is niet moeilijk

verheven gedachten te koesteren

als de sterren stralen.

In de Bijbel suggereert de profeet Jeremia dat de sterren ontelbaar zijn, als de zandkorrels aan zee. Deze uitspraak geeft aan dat er veel meer sterren zijn dan die, die we met het blote oog kunnen waarnemen. Zonder hulpmiddelen kunnen we op een heldere nacht zo’n drieduizend sterren zien, het aantal zandkorrels in je hand. Maar in werkelijkheid is het aantal sterren overweldigend!

Astronomen verklaren dat de grootte en de ouderdom van het heelal buiten ons menselijk begrip gaat. Om de afstanden in de ruimte uit te drukken gebruikt men lichtsnelheid. Het licht verplaatst zich in één seconde zo’n 300 000 km. In één uur is dat 1 079 252 848,8 km. En in één jaar is de ongelooflijke afstand 9 500 miljard km !
90% van het heelal bestaat uit donkere materie. Deze materie kunnen we niet waarnemen en we weten ook niet waaruit deze donkere materie bestaat. Er is dus veel meer materie die we niet zien, dan die we wel zien.
Het heelal bestaat uit miljarden sterrenstelsels. Een sterrenstelsel bestaat uit gas en stof en sterren, miljarden sterren. De melkweg bevat zo’n 400 miljard sterren die allen in een bepaalde orde bewegen.
Deze gegevens lieten me duizelen op mijn donker hotelterras en ik voelde me heel klein in dit grote universum.

Zeg ook niet zomaar ster tegen een ster. Er zijn dubbelsterren, enkelvoudige sterren (zoals onze zon), veranderlijke sterren of Mira-sterren, Nova-sterren, hete en koele dwergsterren, blauwe en rode reuzen, witte, gele, bruine en zwarte dwergen, neutronensterren en superreuzen. En waarschijnlijk zijn er nog meer.

Hoe kon Jeremia, die ongeveer 2600 jaar geleden leefde, in een tijd waar nog geen telescopen waren, weten dat het aantal sterren dat hij zag in werkelijkheid nog veel groter was?
In Jesaja 40:26 staat: ‘Sla uw ogen naar omhoog, en zie Wie deze dingen geschapen heeft; Hij is het die hun leger voltallig tevoorschijn brengt, ze alle bij name roept door zijn grote vermogen en zijn sterke kracht; er ontbreekt er niet één.’

In de Parel van Grote Waarde lezen we dat God tegen Mozes zegt:
‘ En ontelbare werelden heb Ik geschapen; en ook die heb Ik voor mijn eigen oogmerk geschapen; en door de Zoon heb Ik ze geschapen, die mijn Eniggeborene is… Want zie, er zijn vele werelden die voorbijgegaan zijn door het woord van mijn macht. En vele zijn er die nu bestaan, en ze zijn voor de mens ontelbaar; maar alle dingen zijn geteld bij Mij, want ze zijn de mijne en Ik ken ze.’

Deze korte schrifttekst geeft ons een kleine glimp in de grootsheid van de Schepper. Daar, op de Seiseralm in de Dolomieten voelde ik me gekend en zong mijn hart een van mijn lievelingslofzangen:

‘O Here God, als ik met diepe eerbied kijk naar uw schepping ongeëvenaard; de zon en maan, een ster die snel voorbijschiet, uw macht in ’t gans heelal geopenbaard, dan zingt mijn ziel, mijn Heiland God tot U: ja, Gij zijt groot, oneindig groot.’

Voor de periode van de satellieten en de GPS gebruikten de zeelieden de sterrenmethode om hun koers te bepalen. Deze navigatie had minstens twee sterren nodig en om zeker te zijn was een derde ster noodzakelijk.
Er is veel onzekerheid in onze wereld. Het nieuws van de zomer 2016 kunnen we nu al inkaderen met een zwarte rand. Nice, Turkije, Baton Rouge, München, een piepklein dorp in Frankrijk, de massagraven in de Middellandse Zee, enz. Er zijn veel stemmen en veel wegen. En ze leiden niet allemaal naar goede plaatsen.

Bepaal je koers aan de hand van sterren,

niet aan de hand van de lichten

van ieder schip dat passeert.

(Omar N. Bradley)

Welke drie sterren bepalen mijn koers? Welke zijn jouw sterren?
Zonder te veronderstellen dat mijn sterren de beste zijn, wil ik jullie meegeven hoe de mijne noemen:

Een eerste ster op wie ik mijn levensweg baseer is schriftstudie. Ik hou ervan om in de Bijbel, het Boek van Mormon en andere schriftuur patronen te vinden die ik kan toepassen in mijn leven. In die momenten van studie en meditatie kan ik de zachte stem van mijn Schepper horen.

Een tweede fonkelende ster is mijn geloof in profeten, die de vertegenwoordigers zijn van Christus hier op aarde. Ik vergelijk ze met de Poolster die je steeds op dezelfde plaats kan vinden aan de hemel.
In de showbizz en de wereld van Hollywood vind je veel ‘nep’sterren. Hoewel ik sommige van die wereldse sterren wel bewonder om hun talent, zien mijn idolen er lichtjes anders uit, zonder glitter en glamour, maar met een immense wijsheid en kennis.

‘Voorzeker, de Heere Heere doet niets tenzij Hij zijn geheimenissen heeft geopenbaard aan zijn dienaren, de profeten.’ (Amos 3:7)

‘Wat Ik, de Heer, heb gesproken, heb Ik gesproken, en Ik verontschuldig Mijzelf niet; en al gaan de hemelen en de aarde voorbij, mijn woord zal niet voorbijgaan maar zal geheel worden vervuld, hetzij door mijn eigen stem, hetzij door de stem van mijn dienstknechten, dat is hetzelfde.’ (L&V 1:38)

Mijn derde ster is opgebouwd uit het sterrenstof van mijn toepassingen op wat ik gelezen, geleerd, gehoord en gevoeld heb. Hoe meer goeds ik doe, hoe feller deze ster schittert.
Als ik mijn levenskoers navigeer op deze drie sterren en geregeld bijstuur, dan voel ik meer vreugde en vrede. Dan weet ik dat ik de goede richting uitga.

De meeste mensen zijn als een blad dat valt,

als speeltuig van de wind

draait en wentelt het,

om ten slotte ter aarde te tuimelen.

Anderen echter,

zij zijn sterk in de minderheid,

lijken op de sterren die een vaste baan hebben,

zij zijn onbereikbaar voor de wind

en bezitten een wet en koers in zichzelf.

(Herman Hesse)

Net als iedereen is voor mij het leven niet altijd rozengeur en maneschijn en fonkelende sterren. De kunst is, om ondanks alles, de sterren te kunnen blijven zien.
Barbara Smith zei eens:

Twee mannen keken door de tralies,

de ene zag de modder,

de andere zag de sterren.

Hoe kunnen we de sterren zien terwijl de media gespecialiseerd is om de modder in de kijker te zetten? Kijk vooruit, kijk omhoog!
Ouders, grootouders, tantes, ooms, leerkrachten, buren,… we zouden kinderen van jongs af aan de weg omhoog moeten leren, zodat hun vizier altijd op de sterren gericht zal zijn. Leer hen dat elke droom begint met een dromer. Laat ze weten dat in hen de kracht, het geduld en de passie zit om naar de sterren te reiken en de wereld te veranderen!

Het is nog volop zomer en het kwaad zet zijn pionnen uit terwijl wij ons insmeren met zonnecrème. Leiders met extreme persoonlijkheidstrekken lijken tegelijk op vele plaatsen aan de macht te komen. Ze doen me denken aan Hitler,Stalin,Mussolini en Mao. Toen die figuren de plak zwaaiden waren de nachten donkerder dan donker. De sterren waren verdwenen, maar zij vonden de gele ster uit.

Toen Denemarken door Duitsland bezet werd, moesten de Deense joden van de bezetters een gele ster dragen. Zo kon iedereen hen van ver herkennen. Koning Christiaan liet op zijn kleren een gele ster naaien en hij vroeg aan de mensen van Denemarken om allemaal een gele ster te dragen. Als alle Denen en joden een gele ster dragen, dan kon men geen enkele jood meer vervolgen (naar een Deens verhaal).

Marilyn Monroe zei eens:

We are all stars

and we all serve to twinkle.

Dat is juist, maar mag ik het een beetje veranderen:

We are all stars

and we twinkle as we serve.

Veel jonge mensen zitten in parken, op straten en op pleintjes geestdriftig achter Pokémons te zoeken. Dat kan waarschijnlijk wel eventjes leuk zijn, ik hoop alleen dat ze niet vergeten ook eens omhoog te kijken. Daar kunnen ze misschien wel de grootste Pokémon ooit te pakken krijgen.

Nog enkele sterrentips voor deze maand:

  • Zoek een donker plaatsje op en geniet van de sterren.
  • Bezoek een sterrenwacht.
  • Zing met je kinderen: ’twinkel, twinkle, little star’ te vinden op Youtube.
  • Lees het boek ‘De nachtegaal’ van Kristin Hannah. Je leert er veel over gele en ander sterren. Een echte aanrader!

En, als 50-plusser kon ik dit toch niet achter houden:

De ouderdom heeft niet minder voordelen dan de jeugd,

ofschoon een ander uiterlijk.

Als de zon ondergaat,

komen er sterren aan de hemel,

die men bij dag niet ziet.

(Henry Wadsworth Longfellow)

Reik naar de sterren, tover sterren in je ogen, doe een wens als je een ster ziet vallen, en als er iets in de sterren geschreven staat is het wel dit: wees een fonkelende ster in deze soms verduisterde wereld.

Sinaasappels en het gezin.

blog gezin

Mijn man was een beetje bezorgd over de sinaasappelen die ik gekocht had. Het waren er zo veel, die kregen we vast niet opgegeten voor onze vakantie. Hij heeft misschien wel gelijk, want hij moet ze meestal alleen opeten. Die oranje vruchten zijn nu eenmaal niet de beste vrienden van mijn darmstelsel.

Toen ik met een gefronste blik naar de bijna volledige oranje fruitmand keek, kreeg ik de bedenking dat zo’n sinaasappel best wel ons gezin kon voorstellen. Een mooi gekleurde bol, samengesteld uit partjes die allemaal verschillend zijn en samengehouden door een vlies zodat ze toch één geheel vormen.

Mijn gedachten werden ruw verstoord door een nieuwsbericht van de zoveelste terroristische aanslag dit jaar. Met een sinaasappel nog in mijn hand voelde ik de ontreddering en het verdriet van de gezinnen die eensklaps in rouw gedompeld zijn.

Er zijn vele oorlogen aan de gang in deze wereld. En het zijn niet alleen terroristische of economische, die de meest fundamentele leerstellingen van de mensheid aanvallen.
De heiligheid en de essentiële doeleinden van het gezin worden over de hele linie in twijfel getrokken, bekritiseerd en aangevallen.
Nochtans vormen sterke gezinnen het cement van de maatschappij.

Family is not an important thing.

It’s everything.

(Michael J. Fox)

Als ik denk aan het gezin waarin ik opgroeide en aan mijn eigen gezin, dan besef ik heel goed dat het leven zelden volgens ons bedachte plan verloopt. Dus ook in het gezin waar we van dromen komen wel eens nachtmerries voor.  We moeten naar het ideaal toewerken, maar rekening houden met het feit dat er gebeurtenissen zullen komen die alles op hun kop kunnen zetten.

It takes a lot of work

to put together a marriage,

to put together a family

and a home.

(Elizabeth Edwards)

Ons gezin is een kleine groep van unieke karaktertjes, van timide tot extravert, van bolleboos tot dromer. We deelden veel: van tandpasta tot buikloop en de waterpokken. We verstopten spullen van schoenen tot boeken en kleurpotloden – soms als grap, soms als wraak. We sloten mekaar als eens op in een kamer, of lieten iemand niet binnen. We waren al eens jaloers op aandacht en cadeautjes. We voelden elkaars pijn en verdriet en probeerden te genezen met knuffels en kusjes. We voelden trots en schaamte. We speelden samen en lachten en hadden plezier.
Dat gebeurde allemaal rond dat vlies dat ons samenbond en nog steeds bindt.

Met een zwaar hart merk ik angst in de ogen van mijn kinderen. In welk een wereld moeten zij hun kinderen opvoeden? Kunnen kinderen nog ergens veilig zijn? Kunnen we hen nog liefde leren in een wereld vol haat?
En toch is het van belang dat we blijven geloven in de kracht van het gezin.

What can you do

to promote world peace?

Go home

and love your family.

(moeder Teresa)

 

Ik sta volledig achter de uitspraak van Bonnie L. Oscarson:

We moeten de geopenbaarde leer van het huwelijk, het gezin, de goddelijke rol van de man en de vrouw en het belang van ons huis als heilige plek moedig verdedigen.
Zelfs als de wereld ons toeschreeuwt dat die beginselen verouderd, beperkend, of niet meer relevant zijn.

Geen enkel gezin is perfect. Er wordt overal wel eens gekibbeld en geruzied. Soms gebeurt het wel dat er een periode zonder klank is, of zonder beeld. Maar uiteindelijk is ons gezin ons gezin. Er zal altijd liefde zijn.

In ‘Het gezin: een proclamatie aan de wereld’, heb ik de criteria gevonden waarmee ik iedere wind van werelds dogma kan toetsen, die via de media, internet, wetenschappers, filosofen, tv en films, en zelfs wetgevers tot ons komt. Voor mij is dit het vlies dat ons samenhoudt.
Er staat o.a.:

De kans op een gelukkig gezinsleven is het grootst, als de leringen van de Heer Jezus Christus eraan ten grondslag liggen.
Een geslaagd huwelijk en een hecht gezin worden gegrondvest op en in stand gehouden met de beginselen van geloof, gebed, bekering, vergeving, respect, liefde, mededogen, werk en gezond ontspanning.

Als ouder heb ik (samen met mijn man) getracht de ‘basics’ aan mijn kinderen mee te geven:
De kracht van te geloven, van samen te bidden, samen de schriften te lezen en te bespreken (dat bracht in de tienerjaren heel wat ambiance!), en samen te eten.
Een maal per week, op maandagavond, hielden we ‘gezinsavond’. We deden dan een hele avond alles samen. Gene zever om dit met kinderen te doen die verschillen in leeftijd en interesse. Er waren veel frustraties, maar ook veel toffe gezinsmomenten. Ik herinner me nog de poppenkastspelen, de uitstapjes, het verstoppertje spelen in de tuin, de cinemabezoekjes of de films thuis.
Als ouders hebben we ook getracht om tradities te vormen die onze gezinsband zouden versterken en vriendschap zou bevorderen. Daar behoorde de jaarlijkse Paasvakantie aan de Belgische kust bij, de jaarlijkse musical, de zomervakantie in het zuiden van Frankrijk, en kerstavond thuis.

To us,

Family means

putting your arms around each other

and being there.

(Barbara Bush)

Ik vind het ook belangrijk om afleidingen te beperken. We kunnen ons leven opvullen met zoveel goede dingen dat er geen plaats meer is voor de beste dingen.
Mijn kinderen hadden een gameboy en een playstation, die beperkt gebruikt mochten worden (als je mijn kinderen hoort klagen, toch nog ruim genoeg, hoor!)
Nu is dat elektronisch amusement gigantisch toegenomen. Laat ze niet de overhand krijgen op kostbare gezinsmomenten.

The great danger for family life,

in the midst of any society

whose idols are

pleasure, comfort and independence,

lies in the fact

that people close their hearts

and become selfish.

(Paus Johannes Paulus II)

Zoals ik als zei, het perfecte gezin bestaat niet. Ouders kunnen toekomstdromen hebben voor hun kinderen, die niet verwezenlijkt worden. Kinderen kunnen opstandig zijn, en dingen doen die we niet goedkeuren. Geef nooit op! Never leave a wounded warrior!

Some children could tax

even Salomon’s wisdom

and Job’s patience.

(James E. Faust)

Hou van je gezin. Maak tijd voor elkaar. Wees vriendelijk en geduldig. Sta klaar voor elkaar. Verwar onbegrip niet met verwerping. Maak geen kamer voor ‘spijt’. Bouw een veilig ‘nestje’.
Want morgen staat niet vast en vandaag is kort – luister maar naar het nieuws.

Als ik terugkijk dan zijn mijn gelukkigste momenten te vinden in mijn gezin.
Families are forever!

Spend some time this vacation

on home improvement:

improve your attitude

towards your family.

(naar Bo Bennett)

 

 

Wat is er nu zo geweldig aan geweld?

blog geweld

 

Geweld en geweldig:

Twee woorden met slechts twee letters verschil, maar o zo tegenstrijdig.

 

Het lijkt alsof er op de wereld de een na de andere geweldsgolf losbarst en de mens meegezogen wordt in een immense geweldsspiraal.

Onverdraagzaamheid is geweld tegen de geest

en haat is geweld tegen het hart.

(Mahatma Gandhi)

Het nieuws bezorgt ons een geestelijke indigestie met een overvloed aan gewelddadige berichten, dichtbij of veraf:

Vijftig doden na schietpartij in Orlando.
Politieman en partner vermoord in Parijs.
Stakers vernielen kabinet minister.
Gewapende Syriëstrijders vertrokken naar Europa.
Conflicten in asielcentra.
Terroristen hebben mogelijk drie Belgische doelwitten in het vizier.
Cyberaanvallen.
Groeiende sociale onvrede.
Scheldtirades  tussen de Amerikaanse presidentskandidaten.
Illegale wapenhandel en mensensmokkel.
Hooligans laten golf van vernieling achter.

 

In de 17de eeuw zei Friedrich von Logau:

Als onverstand zich met geweld verenigt,

brengt deze echt de dolste wreedheid voort.

Is de mens zijn verstand aan het verliezen? Wil de mens echt deze glijbaan naar beneden?
Ik denk dat de meeste mensen de wereld wel ten goede willen veranderen. Maar ze willen hun buurman veranderen, hun collega op het werk, hun familie thuis,… Het zijn altijd de anderen die verkeerd zijn en die zich dringend moeten veranderen.

De politiekers zijn niet te vertrouwen, zegt het volk.
Het volk begrijpt er niets van, zegt de hooggeplaatste.
Mensen zitten mekaar voortdurend in de weg. Er wordt volop gebruikt gemaakt van ellebogen, van het gesproken en geschreven woord en van lichaamstaal die er geen doekjes om windt.
In het verkeer wordt er getoeterd, gebumperd en ‘gemidddelvingerd’.
In de business moeten alle woorden op papier staan, en menig papieren woord is zodanig verkeerd gespeld dat het geen waarde meer heeft.
In politieke kringen verwijt de pot de ketel dat hij zwart ziet, terwijl een schoonmaakmiddel de oplossing biedt.
Men roept en vloekt, en verwijten vliegen over de werkvloer, op het sportveld en zelfs in de huiskamer.
Men wil de ander veranderen
en men dreigt
maakt belachelijk
oefent druk uit
liegt
en grijpt naar wapens.

Voor geweld moet je leren haten.

Voor geweldloosheid moet je leren liefhebben.

(Phil Bosmans)

Geweld en geweldig: twee woorden die slechts twee letters verschillen, maar hemelsbreed tegenstrijdig zijn. Het ene vernietigt, het andere bouwt op.Ik geloof nog steeds in het goede, ook al zie ik zoveel kwaad om me heen.

Hoe geweldig is het niet

dat duizenden vrijwilligers zich inzetten in rust-, en ziekenhuizen, in jeugdbewegingen en asielcentra?

dat een vrouw haar man liefdevol blijft verzorgen?

dat leerkrachten dat ene kind in zichzelf laat geloven?

dat voetbalsupporters verbroederen?

Ik geloof nog steeds in schoonheid, ook al woekert het lelijke om me heen.
Hoe mooi is de glimlach van een kind? De uitgestoken hand van een zus? Een bejaard echtpaar hand in hand?

Ik geloof nog steeds in de liefde, ook al wordt haat gecultiveerd. De primitieve wet ‘oog om oog en tand om tand’ is al eeuwen vervangen door de hogere wet van naastenliefde. Al eens een hand proberen schudden met een gebalde vuist?

Niet het geweld

maar het goede

vernietigt het kwaad.

(Leo Tolstoj)

We kunnen een ander niet veranderen. Maar we kunnen wel met met een ander communiceren. we kunnen luisteren naar een ander. We kunnen onze mening uiten en onze waarden en normen uitleggen. Maar we kunnen een ander niet veranderen. Phil Bosmans zei eens dat de mens het enigste wezen is dat in staat is zichzelf te veranderen. Hij zei ook dat als mensen niet veranderen, er in deze wereld helemaal niets verandert.

Jezus van Nazareth onderwees:

Zalig zijn de vredestichters,

want zij zullen Gods kinderen worden genoemd.

Een vredestichter zijn is een hele opdracht in deze dolgedraaide wereld.
Ik hoop dat ouders de macht blijven inzien van hun kinderen geweldloosheid te onderwijzen.
Ik hoop dat ouders nooit te moe zullen zijn om hun kinderen te leren de anderen – wie dat ook mogen zijn-  lief te hebben.

No one is born

hating another person

because of the colour of his skin,

or his background,

or his religion.

People must learn to hate,

and if they can learn to hate

they can be taught to love,

for love comes more naturally

to the human heart

than its opposite.

(Nelson Mandela)

Ik hoop dat de mensheid nog mens genoeg is om schoonheid en goedheid te kunnen zien in elk ras, in elke cultuur, in elke godsdienst.
Net zoals zoveel schrijvers de strijd tussen goed en kwaad geweldig beschrijven, en goedheid laten zegevieren, weet ik dat  goedheid uiteindelijk zal overwinnen!
Anne Frank schreef in een van de gewelddadigste periodes van het mensdom:

Ondanks alles

geloof ik

in de innerlijke goedheid

van de mens.

Er wordt de laatste tijd veel gezegd over godsdienst en de beleving ervan. Sommigen schuiven het kwaad in de schoenen van de religie. Maar ik sta achter de woorden van Dallin H. Oaks:

‘Volgelingen van Christus moeten een voorbeeld van hoffelijkheid zijn. We moeten alle mensen liefhebben, goed naar hen luisteren en respect voor hun oprechte overtuiging opbrengen.
Hoewel we van mening kunnen verschillen hoeven we niet onaangenaam te zijn. We dienen iedereen vriendelijk te behandelen en elk soort vervolging af te wijzen, waaronder vervolging vanwege ras, afkomst, godsdienstige of agnostische overtuiging, en seksuele geaardheid. Ieder van ons dient haatdragend taalgebruik te schrappen en hoffelijk om te gaan met andersgezinden.
Hoe moeilijk het leven ook is met alle verwarring om ons heen, het gebod van de Heiland om elkaar lief te hebben zoals Hij ons liefheeft, blijft waarschijnlijk onze grootste uitdaging. Ik bid dat we dat mogen begrijpen en daar in al onze relaties en handelingen naar mogen streven.’

Geweld en geweldig, twee woorden die qua spelling op elkaar gelijken maar qua inhoud diep verschillen. Het ene maakt kapot, dwingt en zal uiteindelijk zelf ten onder gaan. Het andere tovert, zingt, danst en lacht, en zal uiteindelijk de overwinnaar zijn.

Leef een geweldig, weldadig leven!

 

Terreur , Pasen en een bloemenveld.

bloemenveld

Ik wou een leuke tekst schrijven over narcissen, paashazen en chocolade. Een tekst over Pasen en mijn diep geloof in Jezus Christus. Maar na de aanslagen in Brussel kan ik niet anders dan ook iets schrijven over mijn verdriet, onmacht en boosheid, over geloof en ongeloof en over het gevaar van ’t scheren over die ene kam.

Toen ik in de jaren ’60 een klein meisje was, kwam niet ver van ons huis, een eerste Marokkaans gezin wonen. Ik vond het spannend en heel exotisch: de kleren, de henna, de van kleine pareltjes gemaakte armbanden, de glitter en de speciale geuren. Er was geen wantrouwen, alleen een nieuwsgierig exploreren van een andere wereld.

 

Culturele uitwisseling

is een brug

die  wederzijds begrip en vriendschap

bevordert tussen

mensen van verschillende landen.

 

Mijn opgroeien verliep heel westers; mijn scholen en mijn vrienden waren witter dan wit. Racisme was een woord met een vuile klank uit het verre Amerika en Zuid-Afrika. In Vlaanderen kabbelde het leven rustig voort. Ons dorp was onze wereld. Niet veel jaren later is de wereld ons dorp geworden. En zo komt het dat ons land een mix van nationaliteiten is geworden. Veel Belgen hebben verre roots, en met die achtergrond kleurden vreemde eet- en kledinggewoontes , en andere religies het vlakke Vlaamse land.

Ik hou van de natuur. Mijn man heeft me liefde voor de bergen bijgebracht. Ik kijk er elke zomer naar uit om te gaan wandelen in die prachtige bebloemde alpenweiden. Ook in ons eigen land kan ik genieten van de vele veldbloemen, die sommigen onkruid noemen. Misschien kunnen we als mens iets leren van de gevolgen van extreme monocultuur. Hoe zouden de alpenweiden eruitzien met maar één of twee soorten bloemen? Hoe mager zijn onze Vlaamse velden geworden? Ik vraag me af of een van mijn kleinkinderen al een korenbloem heeft zien bloeien tussen het graan …

 

Gelukkig zijn we niet allen gelijk…

We zouden elkaar niet nodig hebben!

 

Maar, wil het samenleven harmonieus verlopen, dan moet temidden van al die menselijke diversiteit, wederzijds respect en verdraagzaamheid groeien. Respect voor het anders-zijn,, verdraagzaamheid voor andere tradities en gewoontes. Is het niet prachtig om in een land te leven waar men vrij is om te denken, vrij om te zijn gedacht te zeggen, vrij om te kiezen welk kapsel men wil of welke modestijl je wil volgen, vrij om te bepalen welke studie je wil volgen, vrij om je beroep te kiezen, vrij om te geloven en vrij om je geloof uit te oefenen.

Keuzevrijheid is niet alleen de kern van onze samenleving,

maar ook de kern van mijn christelijk geloof.

Maar! Ook vrijheid heeft zijn grenzen. Een keuze mag nooit ingaan tegen de rechten van de mens. Tolerantie heeft zijn grenzen. Extremisme is nergens goed voor. Terrorisme is een van de duisterste kanten van het mensdom. Met geloof op zich, heeft dit niets te maken. Wel met het verkeerd uitleggen van bepaalde geloofsstellingen. Malala Yousafzai, zelf het slachtoffer van terreur, zei terecht:

 

The best way to fight terrorism is not through guns.

It’s through pens, books,teachers and schools.

 

Natuurlijk moeten we niet lam toekijken. Dezelfde Malala zei ook: “Terrorism will spill over if you don’t speak up.”

Dat reageren mag echter niet verward worden met haatreacties. We hebben ze allemaal wel genoeg gehoord en gelezen: Alle vreemdelingen buiten! Islam is terreur! Oorlog aan de moslims! Godsdiensten zijn dodelijk! … Wat doen we als we beledigd worden, als we verkeerd begrepen of oneerlijk behandeld worden? Wat doen we als we gekwetst worden? Slaan we terug? Sturen we een steeds grotere strijdmacht? Is het oog om oog en tand om tand? Je moet wel weten dat dan uiteindelijk heel de wereld blind en tandeloos wordt.

Christus zei: Heb uw vijanden lief; zegen hen die u vervloeken; doe goed aan hen die u haten; en bid voor hen die u beledigen en vervolgen (Matteus 5:44)

Deze leerstelling is erg moeilijk om na te leven, zeker na een harde terreurconfrontatie. Maar stel je eens voor, als we dit zouden proberen, wat dit bij ons thuis zou teweeg brengen. Of als onze buurt dit zou leven? Of als ons dorp dit zou steunen?

We mogen ook niet iedereen over de gelijke kam scheren. Het is een oude uitdrukking en als we de diepere betekenis ervan begrijpen, dan zien we in dat we dit inderdaad niet kunnen doen. Letterlijk betekende de uitdrukking: de draden van het weefgetouw altijd over dezelfde kam spannen (scheren). De weverskam is het hulpmiddel waarmee de draden van het weefgetouw op de juiste afstand worden gespreid. Altijd dezelfde kam gebruiken is niet bepaald slim, je moet als wever immers verschillende stoffen kunnen maken: smal, breed, fijn geweven, grof geweven, enz. Zo kon alles over één kam scheren de volgende figuurlijke betekenis krijgen: alles/iedereen ten onrechte op dezelfde wijze behandelen. (uit ‘Onze Taal)

 

Terrorisme bevechten is gebaseerd op angst,

vrede promoten is gebaseerd op hoop.

(Greg Mortenson)

 

Ik heb deze week al her en der gelezen dat we moeten stoppen met over hoop praten en je vijand vergeven, maar dat we hard moeten terugslaan. Maar ik geloof echt dat de enige manier waarop we vrede over de hele wereld zullen krijgen, niet alleen zal gebeuren door ons verstand te onderwijzen, maar ook door ons hart en onze ziel te onderwijzen.

 

I truly believe

the only way

we can create

global peace

is through not only

educating our minds

but our hearts

and our souls.

Malala Yousafzai

 

Er zijn mensen die de bijbel een ‘bloedboek’ noemen. er zijn er ook die geloven in de bijbel ouderwets vinden. Is het ouderwets om in God en in zijn Zoon, Jezus Christus te geloven? Is het niet meer modern om in zijn zoenoffer en de opstanding te geloven? Zo ja, dan ben ik maar ouderwets en niet modern.

Howard W. Hunter zei: ‘ De wereld waarin we leven, dicht bij huis of ver weg, heeft het evangelie van Jezus Christus nodig. Het evangelie verschaft de enige manier waarop de wereld ooit vrede zal vinden. We hebben een vreedzamer wereld nodig die ontstaat uit vreedzamere gezinnen, buurten en gemeenschappen. Om een dergelijke vrede te verwerven en te ontwikkelen moeten we anderen liefhebben, zowel onze vijanden als onze vrienden. We moeten anderen in vriendschap de hand reiken. We moeten vriendelijker, zachtaardiger, vergevingsgezinder en minder snel kwaad worden. Gods handelswijze is voornamelijk gebaseerd op overreding, geduld en lankmoedigheid, niet op dwang of harde confrontatie.’

De krantenkoppen schreeuwen ons de problemen van de wereld toe. Luidruchtige minderheden proberen onze innerlijke vrede te laten wankelen. Maar als we onze naaste liefhebben en geloven in het zoenoffer van de Heiland, krijgen we een stille zekerheid dat alles zin heeft. We kunnen in een prachtige, rustige omgeving wonen, maar ons innerlijk niet goed voelen door wantrouwen en onenigheid. Aan de andere kant kunnen we temidden van de verwoesting van een terreuraanslag een serene, onbeschrijfelijke vrede voelen.

In deze wereld van verwarring en terreur, kan de eenvoud van de paasboodschap vrede bieden. Als we de eenvoudige waarheden bestuderen die Jezus onderwees, kan er een dynamische motiverende invloed in ons leven schijnen.

Een aantal jaren geleden heb ik Israël bezocht. Ik heb aan het Meer van Galilea gezeten en mooie woorden en verhalen bestudeerd. Ik heb in de Hof van Getsemane gestaan en gemediteerd over zoveel lijden. Ik ben bij Golgotha, de Schedelplaats geweest, en getracht de gruwel van de kruisiging te begrijpen. Ik heb in een lieflijke tuin voor de lege graftombe gestaan en nog nooit zoveel dankbaarheid gevoeld. Voor sommigen kan de leer van de letterlijke opstanding vreemd schijnen, maar zonder de opstanding zou het evangelie van Jezus Christus een opsomming van wijze gezegden en schijnbaar onverklaarbare wonderen zijn – gezegden en wonderen zonder de uiteindelijke overwinning. De opstanding van Christus brengt de onsterfelijkheid en de mogelijkheid tot eeuwig leven.

 

Het kostte God niets,

zover wij dat weten,

om mooie dingen te maken;

maar de opstandige mens veranderen,

kostte Hem

de dood van Zijn Zoon aan het kruis.

(C.S.Lewis)

 

Hij is niet hier, maar Hij is opgewekt’. Die woorden bevatten alle hoop, zekerheid en geloof om ons in dit soms moeilijke leven te sterken. Voor mij is dit geen kruk om beter te kunnen wandelen, voor mij is dit de motivatie om een beter mens te zijn en te worden. Ook al doet zoveel ellende me pijn en voel ik me machteloos om bepaalde duistere krachten te stoppen, de innerlijke vrede in mijn hart biedt troost voor wat er gebeurt, en geeft zekerheid dat het goede overwint.

 

The

SAVIOR

is the source of

TRUE PEACE.

Even with the trials of life, because of the

SAVIOR’S ATONEMENT

and

HIS GRACE,

righteous living will be rewarded with

PERSONAL PEACE.

Quentin L. Cook

 

Laat de Paashaas of de Paasklokken maar komen, laat de kinderen chocolade eitjes zoeken. Lach en speel, geef onrust en verdriet een plaats, en neem de tijd om even stil te staan bij Pasen.

# Hallelujah

 

 

 

 

De wereld scheurt!

 

wereld2

Hoor jij de wereld ook kreunen en scheuren?

Het nieuws van de voorbije week gaf me nu niet precies dat vrolijke lentegevoel dat je in maart mag verwachten. Ik had me voor enkele minuutjes aan een zonnige muur genesteld. Ik voelde amper de wind en bladerde door een actualiteitsmagazine. Terwijl de eerste lentezon me omhelsde met een warme gloed, verkilde mijn hart bij het lezen van zo veel dingen, die niet meer lopen zoals het zou moeten.

Deflatie tast geloofwaardigheid van ECB-beleid aan – De uitspraken van politici over vluchtelingen vergiftigen de geesten van de gewone mensen – Crisis in de Amerikaanse politiek – Eén op de tien vrouwen wordt in de loop van haar leven verkracht – In Griekenland heerst collectieve wanhoop – Japan en China hogen koraalriffen op om controle te verwerven over strategische zones – De jungle van Calais ontruimd – Niemand is nog veilig …

Je zou het van minder koud krijgen. We hebben tweeduizend jaar geleefd met het gebod ‘Gij zult zorgen voor uw naaste’ en het lijkt erop dat we in onze seculiere wereld het kind met het badwater hebben weggegooid. ‘Ben ik mijn broeders hoeder?’ is eveneens al een stokoude vraag. Het individualisme baart velen zorgen. Maar als mensen er achter komen dat samenleven met anderen belangrijk is, dan zoeken ze aansluiting.

Ik lees in de Knack van 9 maart 2016:

 

Onze generatie is gevormd door verdwijnende grenzen: de val van de Muur, het Verdrag van Schengen. Nu worden we opnieuw – en zeer brutaal – geconfronteerd met die vraag naar grenzen. Eigenlijk weten we niet wat we daar in de 21ste eeuw mee aan moeten. Het publieke debat is verdeeld in twee kampen: zij die alle grenzen willen uitvlakken en zij die muren van zes meter hoog willen optrekken. Volgens mij zijn beide opties heilloos. (David Van Reybrouck)

 

Mijn mening is dat aan het individualisme ook grenzen zijn. Zijn we niet allemaal mensen samen?

We moeten erkennen dat al Gods kinderen hetzelfde truitje dragen.

Ons team is de mensheid.

Dit sterfelijke leven is ons speelveld.

Ons doel is te leren God lief te hebben en diezelfde liefde uit te breiden naar onze naaste.

(Dieter F. Uchtdorf)

 

Terwijl vooral in de Westhoek van ons land een traumatische oorlog wordt herdacht, worden nieuwe vluchtelingen vernederd (Piet Chielens). Als je de Westhoek bezoekt – en dat is zeker een aanrader- dan wordt je geconfronteerd met de Groote Oorlog. Het gebied is één constante herinnering aan slagveld, vlucht en asiel. In 1914 zochten vluchtelingen op het strand naar vissersboten om het Kanaal over te steken. Vandaag zoeken de vluchtelingen naar vrachtwagens…

Elke oorlog en elk verhaal is anders. Maar ‘Nooit geen oorlog meer’ galmt bitter in ons schone Vlaanderenland.

 

De Wereld.

Een vader was rustig zijn krant aan het lezen.

Zijn zoontje kwam naast hem zitten

en wilde met hem spelen.

De vader probeerde hem van zich af te duwen,

maar de kleine drong aan.

Toen nam zijn vader een wereldkaart,

scheurde die in stukken,

gaf die aan zijn zoontje en zei:

‘Maak deze wereldkaart opnieuw

en kom pas terug,

wanneer alle stukken

op de juiste plaats gekleefd zijn.’

 

Het zoontje begon de stukken te bestuderen.

De vader dacht:

‘Oef, enkele ogenblikken rustig.

Terwijl hij de kaart samenstelt,

kan ik rustig mijn krant verder lezen.

 

Maar na enkele ogenblikken

kwam de kleine jongen al terug bij zijn vader:

‘Klaar, papa,

ik heb de wereldkaart gemaakt.’

Verbaasd vroeg zijn vader:

‘Hoe kon je dat zo vlug klaarspelen?’

‘Dat was niet moeilijk!’ zei de jongen,

‘Op de achterkant van de kaart,

was de foto van een mens.

Om de wereld terug heel te maken,

heb ik eerst de mens heel gemaakt.’

(uit Direct 1988)

 

Ik vond dit een prachtig verhaal. Kort, maar raak! Om de wereld te helen moet eerst de mens geheeld worden. De Duitse filosoof Wilhelm Schmid zei dat ‘pas wanneer je een rijk innerlijk leven hebt, en weet wat je voor je zelf wil, je er kan zijn voor anderen.

De enige weg vooruit is ‘allemaal samen’. Iedereen wil toch een betere toekomst? Een betere wereld? Een schone lucht? We zijn niet alleen op deze wereld. We hebben als mens de plicht tot samenleven, tot zorgen voor elkaar.

Nog even terug op ‘dat kind dat we met het badwater hebben weggegooid’. Geregeld wordt ook het christelijk geloof in vraag gesteld. De bijbel wordt bloedboek genoemd. Er staat inderdaad veel geweld beschreven in deze schriftuur, maar er staat ook in beschreven hoe de mens dit geweld kan verlaten. Ik schaar me achter de uitspraak van Ezra Taft Benson:

De Heer werkt van binnenuit.

De wereld werkt van buiten uit.

De wereld haalt de mensen uit het slop.

Christus haalt het slop uit de mensen,

waarna zij zichzelf uit het slop halen.

De wereld tracht de mens te vormen door zijn omgeving te veranderen.

Christus verandert de mens, die vervolgens zijn omgeving verandert.

De wereld tracht het gedragspatroon van de mens te vormen,

maar Christus kan de aard van de mens veranderen.

Ja, Christus verandert de mens,

en een veranderd mens kan de wereld veranderen.

 

Ik kies er voor om tot de mensheid te behoren en niet tot het mensdom. Ik kan de wereldproblemen niet alleen oplossen. Eén klein steentje, geworpen in het water, heeft een rimpeleffect tot de andere oever. Eén glimlach, één handdruk, één maaltijd, één jas heeft een rimpeleffect tot Syrië, Afrika, of waar dan ook. Liefde moet onze handel en wandel zijn, willen we de verscheurde wereld helen.

Tot slot nog een kanjer:

Nothing

is more powerful

than beauty

in a wicked world.

(Amos Lee)

 

Licht

 

licht 1Heb je ook gemerkt dat de dagen langer worden? De donkerste tijd van het jaar hebben we weer voor een periode opgesloten. Eind maart zijn de dagen meer dan 2 uur lichter dan in januari. Ik ben blij met meer licht.

Tussen de met maartse-buien-gevulde wolken breekt een helder licht door. Na een periode van grijze en grauwe dagen schittert de zon in de lucht. Het zonlicht valt op het gras in onze tuin en tovert magische schaduwen. Nog even en de wekelijkse maaibeurten spelen weer een rol in de tijdsinvulling. In de vijver komen goudvissen een zonnebad nemen aan het nu rimpelloze wateroppervlak. Dat enkele minuten daarvoor nog een ijsvogeltje op inspectie kwam, lappen ze aan hun laars.

Ik geniet van het zonlicht achter het glas. Het licht speelt met de boeken op de salontafel, en de gele tulpen in de vaas zien er ineens geliger en zonniger uit. Ik word warm van binnen en van buiten.

 

De blijheid van het licht

vang je niet alleen op

met je ogen,

zij reflecteert binnen in je

en raakt je ziel weldadig aan.

(Toon Hermans)

 

Dat innerlijke licht is echt belangrijk, want van daaruit zie je het leven. Toon Hermans zei het wijselijk dat ‘zien nog iets anders is dan kijken, en wat wij met het leven doen vaak een groot deel afhankelijk is van hoe wij de dingen zien.’ 

Als je een foto maakt en de belichting is niet goed, dan wordt de foto flets en wazig. Maar in het juiste licht wordt hij kleurrijk en levendig. In ons leven zullen met de juiste ‘belichting’, duistere gedachten verdreven worden. Tijdens onze donkerste momenten moeten we ons focussen op het zien van het licht.

Geloof in het licht,

opdat gij kinderen des lichts moogt zijn.

Dat vind ik zo’n mooie bijbeltekst. Wij zijn kinderen van het licht. Je moet geen grote filosoof of theoloog zijn, om verwonderd stil te staan bij licht, en bij de samenhang tussen geloof en licht.

 

In het geloof zit voldoende licht

voor degenen die willen geloven

en voldoende schaduw

om degenen die niet willen geloven

te verblinden.

(Blaise Pascal)

 

Ik ondervind al een paar weken dat geloof de vogel is, die het licht voelt als de dageraad nog duister is -Tagore . Tientallen vogels dringen                  ’s morgens mijn slaperige brein binnen als ze oefenen voor het lenteconcert. Persoonlijk hoor ik liever de merel dan de lijster. De laatste beschuldig ik er namelijk van om bij zijn fluiten ook de meest doeltreffende regendans uit te voeren. Niettemin geeft het na de stille, grauwe winter een heerlijk gevoel om dat gekwetter en getjilp te horen. Een mooi seizoen ligt om de hoek. Ik vind het telkens opnieuw een wonder als ik het eerste sneeuwklokje zie piepen boven de boomschors, of de gele narcissen zie wuiven in de wind. De natuur is een wonder! En Voltaire zei het zo:

 

Alles is een wonder.

De verbazingwekkende natuurlijke ordening,

de omwenteling van zo’n honderd miljoen werelden

rond een miljoen sterren,

de werking van het licht,

het dierenleven,

alles is een groot en eeuwig wonder.

Het verbaasde me dat Voltaire in deze uitspraak ook de werking van het licht vermeldde. De huidige wetenschappers hebben hun handen vol met het in verwondering bestuderen van ‘het licht’. Ik ben geen wetenschapper, maar als ik lees over elektronen, fotonen, elementaire deeltjes en antideeltjes, dan herlees ik met nieuwe belangstelling volgende schrifttekst uit 1832:

 

En het licht dat schijnt,

dat u licht geeft,

is uit Hem die uw ogen verlicht,

hetgeen hetzelfde licht is dat uw verstand verlevendigt;

welk licht uitgaat van de tegenwoordigheid Gods

om de uitgestrektheid der ruimte te vervullen

– het licht dat in alle dingen is,

dat leven geeft aan alle dingen,

dat de wet is

waardoor alle dingen worden bestuurd

(Leer en verbonden 88)

 

Het licht schijnt altijd, en het enige wat wij moeten doen, is op te passen dat er niets treedt tussen ons en het licht. Een wijze bemerking van Ralph Waldo Trine. Wat kan er zoal tussen ons en het licht staan? Muren, letterlijk en figuurlijk, zelfgebouwd of op gebotst, seculiere hoogheidswaanzin, moeilijkheden en problemen. Maar als we de duisternis niet bemerken, zullen we het licht nooit zoeken.

In deze wereld, die zucht en kreunt onder zo veel duisternis, van Calais tot Macedonië, van Noord-Korea tot Syrië, Van Amerika tot Europa, klinken de woorden van Martin Luther King heel tijdloos:

 

Duisternis kan geen duisternis verdrijven,

enkel het licht is daartoe in staat.

Haat kan geen haat verdrijven,

enkel de liefde is daartoe in staat.

 

Maar realiteit is realiteit, en de zon zal niet altijd schijnen. Toen ik de uitspraak van Marie Jekkers las, moest ik glimlachen:

Probeer, elke keer als je tegen de lamp loopt, een beetje licht mee te nemen.

Tegen de lamp lopen, dan denk ik in de eerste plaats aan een negatieve ervaring. In plaats van dan weg te kwijnen in een duister hoekje van zelfbeklag of mistevredenheid, kan ik die mislukking meenemen naar het lichtere hoekje van kennis en ervaring. Maar tegen de lamp lopen zie ik ook als een ontmoeting met een lichtbron: boeken, films, mensen. Soms zijn er van die dagen dat ik omhelsd wordt door het licht van iets of iemand, van een ontroerende tekst, van pretlichtjes in kinderogen. Met veel vreugde neem ik dan een beetje van hun licht mee op mijn verdere levensreis.

Het schrijven van deze blog vindt zijn bestaansreden in deze woorden van Robert Schumann:

 

Licht laten schijnen

in de diepte van het menselijk hart,

dat is de roeping van de kunstenaar.

 

Geef de warmte en de kleur van het licht een plaats in je leven. Je zal zien dat alles helderder wordt …

www.mormonchannel.org      :    Patterns of Light

 

Regenmeditatie

 

I'm singing in the rain.
I’m singing in the rain.

Tik, tik, tik…

Het regent tegen het raam. Wat zeg ik? Regenen? Het plenst en het giet!

Ik kijk naar buiten en zie met lede ogen toe hoe onze groene gazon in een mum van tijd verandert in het eerste stadium van een moeras. Als ik onze kippen eten ga geven, hoor ik het water zuigen onder mijn laarzen.

Het regent al dagen na elkaar. Of zijn het weken, met hier en daar een korte adempauze waarin de zon en de wolken wedstrijd ‘om het eerst’ of ‘om ter meest’ spelen? Een scorebord hou ik al lang niet meer bij. regen is de gedoodverfde winnaar.

Waar komt al die regen toch vandaan?

Toen ik als kind voor het eerst de mechaniek van de kringloop van het water hoorde uitleggen, was ik enorm gefascineerd. Ik heb altijd al veel fantasie gehad en ik verplaatste me in het leven van zo’n waterdruppel. Ergens in het begin van mijn middelbare schoolcarrière heb ik er een prachtig opstel over geschreven. Ik, als waterdruppel, die een geweldige reis ondernam maar dramatisch eindigde op de lippen van een jong meisje met liefdesverdriet. Of hoe ontzout zeewater weer zout werd. Ik herinner me nog dat mijn werkje een enthousiaste beoordeling kreeg.

Ik kijk naar buiten en sombere gedachten kruipen in mijn hoofd. Ze kleuren het buitenlicht nog een tint of twee grijzer. Flarden nieuwsberichten staan te trappelen op het podium in mijn grijze hersenpan:

Zo veel ellende en wanhoop in de wereld,

Zo veel hebzucht en ik-zucht,

Is dat de reden waarom de aarde haar tranen niet meer in bedwang houdt?

 

Ik kijk naar buiten en het regent pijpenstelen. In Engeland regent het katten en honden. Zouden die daar ook zo van die leuke bubbeltjes in de plassen maken? Of worden die alleen in België gecreëerd door pijpenstelen die al lang door niemand meer gebruikt worden?

Ik besluit om de belletjes in de plassen wat beter te bekijken. Als ik de voordeur dichttrek, voel ik me een stuk vrolijker. Misschien zitten mijn regenjas, mijn vrolijke rubberen laarzen en een paraplu in alle kleuren van de regenboog er wel voor een stuk tussen, want ik doe zowaar een huppelpasje. Iemand zei eens:

We moeten niet wachten tot de storm gedaan is,

We moeten leren dansen in de regen.

Ik sta voor een grote plas en watertattoos rimpelen heen en weer. Bomen en struiken spiegelen in vlekken en ik twijfel om opnieuw een kind te zijn. Niemand te zien? PLETS!  De herinnering aan het gevoel wat dit springen meebrengt, verzacht het zicht van de vlekken op mijn jas.

 

De stortregen is veranderd in motregen (wie heeft dat woord nu uitgevonden?). Ik doe de paraplu even dicht en voel de regen op mijn huid. Deze zachte regen is als een douche voor mijn geest en ziel. De badkamerproducenten hebben dit al vlug opgemerkt en de ‘regendouche’ is een van de toppers in de wellness.

 

Mijn regenwandeling blijkt een stroom van filosofische gedachten teweeg te brengen. Ja, het grijze weer kan inderdaad een sombere invloed op ons hebben, en licht heeft een helende kracht. Maar wie glimlacht er niet als je Fred Astaire ‘I’m singing in the rain’ ziet zingen en dansen?

Wie denkt dat zonneschijn puur geluk is,

heeft nooit gedanst in de regen.

Dat staat genoteerd op mijn bucketlist: dansen in de regen met de man waar ik van hou. Het is leuk als hij de paraplu vasthoudt, maar ik denk dat het nog leuker zal zijn als hij mijn hand vasthoudt en we samen dansen in de regen ( en dat moet echt niet lang duren).

 

Een mens heeft ook iets met een regenboog. Dat natuurverschijnsel raakt een gevoelige snaar. Een regenboog hoort precies in een andere wereld thuis, een wereld waar alleen maar goedheid en liefde is. Maar we weten allemaal dat je zonder regen geen regenboog kan hebben. Zon en regen, nauw verbonden met elkaar.

Zonder licht zou alles doodgaan.

Licht is leven.

Levend Licht.

                            Zonder regen zou alles verdorren.

                                     Water is leven.

                                     Levend Water.

 

De regen is gestopt. Een waterzonnetje komt tevoorschijn. Ik mag mijn pad niet verwarren met mijn bestemming. Het is niet omdat het nu stormt, dat ik niet op weg ben naar zonneschijn.

Als ik even later met een kopje thee in de zetel zak, zijn mijn lichaam en geest verkwikt. Ik hou van de regen, ik hou van de zon. Buiten heeft de zon weer verloren van de regen. Ik glimlach. Het is een perfecte dag om onder een dekentje een film te kijken.

Don’t you give up.

Don’t you quit.

You keep walking.

You keep trying.

There is help and happiness ahead.

It will be alright in the end.

Trust God

and believe in

good things to come.

Jeffrey R. Holland

                                            

                                    

     

 

 

Liefde is …

valentijnIk heb vandaag naar de handen van mijn man gekeken. Jaren geleden heb ik mijn handen in de zijne gelegd. Onze handen zijn veel ouder geworden. Ze zijn ruwer nu en hebben vlekjes gekregen. Rimpeltjes en aders vallen meer op. Maar wat hebben ze al die jaren niet gedaan!

Ze hebben gewerkt en geknutseld. Ze hebben gewichten gedragen: dozen, meubels en vier kinderen. Ze hebben gebeden. Ze hebben geapplaudisseerd en gefloten. Ze hebben gelachen en gespeeld. Ze hebben geknuffeld en gestreeld. Ze zijn ook wel eens boos geweest. Ze hebben pijn gevoeld en zijn soms dagen stil geweest. Maar bovenal hebben ze liefde gegeven.

 

Februari wordt wel eens de liefdesmaand genoemd en 14 februari is het Valentijnsdag, de dag van de liefde. Volgens de meeste bronnen leefde er in de derde eeuw na Christus een priester die Valentinus heette. Hij zorgde voor zieken, bejaarden en armen. Valentinus genas de blinde pleegdochter van de stadhouder van Rome. Die liet als dankbaarheid alle christelijke gevangenen vrij. Keizer Claudius II liet om die reden op 14 februari Valentinus onthoofden. Sommige bronnen zeggen echter dat hij onthoofd is omdat hij in het geheim jonge koppeltjes liet trouwen. De keizer had deze huwelijken verboden, omdat hij van mening was dat getrouwde mannen slechtere soldaten waren.

Maar er is ook een andere legende, die zou men wel eens de eerste blind date kunnen noemen. Voor de Romeinen was Lupercalia een belangrijk feest. Op 15 februari werden de namen van ongehuwde jonge vrouwen in een kom gegooid. De ongehuwde mannen mochten dan om beurt een naam trekken. Tijdens het feest werden dan de twee gekoppelde namen elkaars partner.

Deze twee legendes smolt men aan elkaar en 14 februari werd de feestdag van de liefde. In Engeland werd het de gewoonte om op die dag zijn geliefde te verrassen met een geschenk of een brief. De Engelse emigranten hebben Valentijnsdag geïntroduceerd in Amerika. De commerce heeft de traditie opgepikt en in veel Europese landen is men gevolgd. Vandaar al die rode en roze hartjes in onze winkels.

 

Hoe komt het toch dat zo iets universeels als liefde zo moeilijk te omschrijven is en zo moeilijk om te vinden is? Ik denk dat de wereld liefde te veel koppelt aan sterren, maneschijn, kaarslicht en lichamelijke aantrekkingskracht.

En ja, ik heb met mijn man al dikwijls naar de sterren gekeken, en nog niet zo lang geleden naar de maansverduistering. Een etentje met kaarslicht voelt veel romantischer dan een snelle hap in een of andere pizzahut. Maar liefde is zo veel meer dan dit en mekaar mooi vinden (hoewel ik het nog steeds fijn vind als mijn man me zegt hoe mooi ik ben).

Phil Bosmans heeft het prachtig geschreven:

 

Liefde is licht, zonder elkaar te verblinden.

Liefde is elkaar zeer nabij zijn, zonder elkaar te bezitten.

Liefde is warmte geven, zonder elkaar te verbranden.

Liefde is vuur zijn, zonder elkaar te verteren.

Liefde is ‘houden van’, zonder elkaar vast te houden. De mooiste lianen kunnen de sterkste boom wurgen door hem jarenlang stevig te omhelzen.

 

Liefde is een levend ding. Levende dingen hebben voedsel nodig, of ze kwijnen weg. Levende dingen kan men kwetsen en pijn doen. Levende dingen groeien of sterven. En dat is ook zo met liefde.

Liefde moet je uiten. Je moet met elkaar open communiceren. Over koetjes en kalfjes, over kinderen en het werk, over ditjes en datjes,, over wasjes en plasjes en over de banale dingen van je dag. Maar ook over diepere dingen en de zin van het leven. Net zoals lichamelijk één worden een feest is, is geestelijk één worden ook een feest. Samen bidden kan net zo mooi zijn als samen hand in hand over het strand wandelen.

 

Mijn huwelijk is niet volmaakt, volmaakte huwelijken bestaan niet. Er bestaan ook geen volmaakte mensen. Gordon B. Hinckley zei eens dat een succesvol huwelijk afhangt van hoe goed twee mensen kunnen vergeven, van de hoge graad van tolerantie die bereikt is.

Ik denk ook dat ’true love’, ware en volwassen liefde, er pas is nadat we elkaars gebreken ontdekt hebben en dan toch toegewijd aan elkaar blijven.

 

Liefde en trouw moeten gevoed worden. ze rijpen heel langzaam, in zon en in regen, in storm en in wind. Maar eens gerijpt maken ze van het samen-leven een fantastisch feest.

 

Ik heb vandaag naar onze handen gekeken. Ze zien er niet zo jong meer uit, ik ken ze dan ook al meer dan 40 jaar. Maar ze hebben ons gedragen en vleugels gegeven. In onze handen zie ik niet alleen lichamelijke aantrekkingskracht, maar ook geloof, vertrouwen, begrip en partnerschap. Ik zie toewijding, ouderschap, idealen, offers en onzelfzuchtigheid, geloof en liefde. Deze liefde vergaat niet. Zij leeft verder door ziekte en verdriet, door weelde en te korten, door overwinningen en ontgoochelingen, door tijd en eeuwigheid.

Crazy Horse, bergbeklimmen en ik.

Crazy Horse

 

Wist je dat in de Amerikaanse staat South Dakota twee reusachtige monumenten staan?

Mount Rushmore was mij het meest bekend. Uit de granieten rots zijn de portretten van vier Amerikaanse presidenten uitgehouwen. Het beeldhouwwerk is 18 m hoog en heel indrukwekkend.

Het andere monument, Crazy Horse, is nog in volle ontwikkeling en wordt ook uitgehouwen in het graniet van de Black Hills. Wanneer het af is zal het de belangrijke indianenleider Crazy Horse voorstellen, rijdend op een galopperend paard. Het zal het grootste sculptuur zijn dat ooit door mensen gemaakt is (195 m lang en 172 m breed).

Wat bezielt een kunstenaar om zijn leven te wijden aan het uithouwen van een granieten rots?

 

In 1908 werd Korczak Ziolkowski geboren in Boston. Hij werd wees toen hij één jaar was en verbleef in verschillende pleeggezinnen. In zijn tienerjaren werkte hij bij een schepenbouwer. En hoewel hij nooit een kunstopleiding gevolgd had, toonde hij een groot talent in houtsnijwerk.  Toen Korczak 24 jaar was, maakte hij zijn eerste marmeren beeldhouwwerk. Zijn talent werd opgemerkt en in 1939 werkte hij mee aan het Mount Rushmore monument.

Wat later vroeg Siouxleider Henry Standing Bear hem om een monument te bouwen ter ere van de indiaanse helden. Korczak startte in 1948 met de bouw en stierf 34 jaar later zonder dat het project voltooid was.

 

Korczak droomde iets onmogelijks: één man kon uit een berg een monument beeldhouwen. Met wat verbeelding kan ik de kritieken nog horen:

“Je bent gek! Dit kan je nooit verwezenlijken! Je zal dat beeldhouwwerk nooit kunnen maken!”

Maar Korczak wist beter. Elke dag beklom hij de berg. Met een beitel en dynamiet verplaatste hij tonnen steen zodat zijn droom uit de granieten berg kon verschijnen. Korczak wist dat hij nooit lang genoeg zou leven om Crazy Horse te voltooien. Hij liet deze lijfspreuk achter:

Je moet alleen lang genoeg leven om anderen te inspireren grote dingen te doen.

Het is geweldig dat door vele vrijwilligers en organisaties eens  Korczaks droom voltooid zal zijn. Voor mij is Korczak niet alleen een voorbeeld in het overwinnen van een granieten rots, maar ook in het overwinnen van de berg in zichzelf – een berg die hij alleen moest beklimmen. Een berg van financiële vraagtekens, een groot gezin en veel kritiek.

 

Moeten we niet allemaal zulke bergen beklimmen? Horen we niet allemaal af en toe de kritiek in onze oren:

“Je kan dit niet! Je bent gek! Dit kan je nooit bereiken!”

Ploeteren we soms ook niet alleen verder in een wildernis van onbegrip, van leugens, van onmacht, van pijn en verdriet? Het zijn onze ‘Gethsemane-momenten’ waar we op onze knieën verdrinken in onze tranen, waar we het universum overstelpen met smeekbedes, waar we ons ongelooflijk verlaten voelen …

Maar deze bergen voor onze neus zijn er niet toevallig, wreed en meedogenloos.

 

 

Mijn man heeft me van de letterlijke bergen doen houden. Mijn gezwoeg, gehijg, trillende spieren en zweet-me-kan-niet-meer, brachten me naar prachtige, ademloze uitzichten en naar alpenweiden met zeldzame bloemen. Hoe hoger de klim was, hoe verder en wijder het zicht.

Ik heb ondervonden, letterlijk en figuurlijk, dat er geen grote hoogtes zijn, zonder hoge bergen. Onze ziel bereikt grote hoogtes als we ons eigen ik beeldhouwen; dan creëren we ons eigen geestelijk monument om het universum meer licht en schoonheid te geven. En net zoals Korczak, zullen we dit niet in dit leven voltooid hebben. Uiteindelijk zullen we ook ontdekken dat, wat we ooit dachten, we nooit alleen geklommen hebben.

 

“We beklimmen bergen en het geheim van te overleven is om te klimmen, zelfs in het donker, zelfs wanneer het klimmen zinloos of onbelangrijk lijkt. Het is het klimmen, en niet de top, waar het om draait. En de groten beklimmen niet alleen bergen, ze beeldhouwen onderweg!” (Richard Paul Evans – Miles to Go)