Is dit leven een deel van een veel groter leven?

Veel kinderen, jongeren en zelfs volwassenen brengen uren door met videospelletjes spelen. Met razendsnel duimgeklik overwinnen ze allerlei barrières om in een andere wereld terecht te komen. Ik moet toegeven dat ik me liever door een goed boek in een andere wereld laat verzeilen. Maar om terug te komen op die videospelletjes: is ons leven hier op aarde niet te vergelijken met een videospel?
Stel dat jouw lichaam niet echt jij bent, maar een soort voertuig waarin jij je verplaatst in dit leven? Een rare gedachte? Misschien wel, misschien ook niet.

‘We are not human beings having a spiritual experience.
We are spiritual beings having a human experience.’
(Pierre Teilhard de Chardin)

Als ik geoefende gamers hoor praten, dan willen ze het liefst hun spel op de hoogste en moeilijkste level spelen. Als het spelletje te gemakkelijk is, wordt het saai en is het niet leuk meer om te spelen.
Iedereen start met de eenvoudigste level en leert snel waar de valkuilen zijn. Je laat je niet gauw afleiden door vallende sterren of happende monsters. De moeilijkheden zijn daar vlug overwonnen en hoera! Je mag naar de volgende level. Het scherm wordt even donker en als het opnieuw oplicht dan bevind je je in een heel andere omgeving. Misschien ben je nu onder water en ga je niet zo vlug vooruit. Je wordt er misschien aangevallen door inktvissen met veel meer dan acht armen en duistere figuren beletten je snel te zwemmen. Als ik mijn kinderen en kleinkinderen mag geloven, dan is het spannend en leuk om weer dingen bij te leren in dat spelletje.
In elke level leer je iets nieuw en leer je het spel beter begrijpen. Als je het einddoel van je level hebt bereikt, wil je er echt niet meer vertoeven. Je hebt je les geleerd en je wil naar een hoger niveau, ja toch?
Ik vind dat je een computerspel best wel  min of meer met het leven kan vergelijken. Natuurlijk is het doel van zo’n spelletje niet echt te vergelijken met het doel van het leven, en de moeilijkheden die we ondervinden in ons leven zijn meestal lastiger om te overwinnen dan de volgende level halen in het spel. Maar de vergelijking maken is toch wel interessant. Zie het zo:
Je bent via een portal die geboorte heet in dit level hier op aarde terechtgekomen. Je verlaat dit level (deze aarde) door een poort die dood genoemd wordt naar een volgend level.

‘In His plan
there are no true endings,
only everlasting beginnings.’
(Dieter F. Uchtdorf)

Als je de verschillende godsdiensten bekijkt, lijken die hierin te geloven. Er zijn er die in een leven voor de geboorte geloven en de meeste leren dat de dood gewoon een deur is die opengaat naar een ander leven en dat je dus niet echt doodgaat. Je stoffelijk lichaam sterft: je voertuig is kapot en jij, jij leeft gewoon verder.
In een computerspel verzamel je bonussen die je verder en vlugger op weg helpen, soms kunnen ze je  zelfs een nieuw leven geven.
Als je dit leven verlaat kan je niets stoffelijks meenemen, maar je goede daden en keuzes kunnen je een betere plaats geven in het volgende deel van je leven. Hier op aarde, dit level van je eeuwige leven, zijn de bonussen geloof, hoop en liefde. De allergrootste bonus die je leven kan vernieuwen is de rol van Jezus Christus in dit grote plan te begrijpen en te trachten na te leven.

‘Because of Him
we will live forever.’
(Joseph B. Wirthlin)

Dat je leven een onderdeel is in een groter geheel is toch een fantastisch concept? Als je dus geconfronteerd wordt met moeilijkheden in dit level, glimlach dan. Je wordt er alleen maar sterker door. Laat je op je levensreis niet afleiden door verkeerde muziekgeluiden, verleidende omwegen en bedrieglijke stemmen. Het leven reikt je veel ervaringen aan om te groeien, te ontwikkelen en te genieten. Het is geweldig om te leven!

In het boek ‘Mijn dinsdagen met Morrie’ van Mitch Albom vind ik deze uitspraak van de doodzieke professor een schat om over na te denken:

‘Toen dit alles begon, heb ik mezelf de vraag gesteld: zonder ik me van de wereld af, zoals de meeste mensen doen, of ga ik door met mijn leven? Ik besloot dat ik met mijn leven door zou gaan – dat althans zou proberen – zoals ik dat wil, met waardigheid, met moed, met humor, met zelfbeheersing.
Er zijn ochtenden waarop ik aldoor huil en mezelf beklaag. Op andere ochtenden ben ik heel erg boos en verbitterd. Maar dat duurt niet lang. Dan sta ik op en zeg: Ik wil leven …’

Wat denk jij wat het belangrijkste is in dit leven? Eten? Een woning? Warmte? Omgaan met andere mensen?
Dat zijn inderdaad de primaire behoeften van een mens. Natuurlijk hebben we allemaal voedsel nodig en een dak boven ons hoofd. Natuurlijk heeft ieder mens liefde en aandacht nodig. Maar als daaraan voldaan is, dan voelen we dat er nog iets meer is. We zoeken allemaal naar het antwoord op de vraag wie we zijn en wat het doel van ons bestaan is. Het antwoord vind je niet in een encyclopedie alhoewel goede lectuur je al een stap op weg kan zetten.

‘He who has a why to live
can bear with almost any how.’
(Nietzsche)

Toon Hermans zei het zo:

Je staat niet alleen in het leven, er is een kracht die je leidt. Je wordt geboren met een bepaalde bedoeling om dit of dat te doen voor jezelf en voor anderen, dàt is waar ik héél sterk in geloof.’

Als ik terugkijk op mijn leven (ik heb toch al een flinke afstand afgelegd) dan zie ik een zeker patroon van zoeken en vinden, van ups en downs. Ik heb al veel prachtige momenten meegemaakt en ik zal die voor eeuwig koesteren: mijn thuis, mijn opleiding, mijn levensmaatje, kinderen en kleinkinderen, vrienden, boeken,mooie reizen, creatieve mogelijkheden enz. Er waren ook momenten van pijn en verdriet, ziekte, onbegrip en onvervuld verlangen, maar met moed en hard werken kon ik ze plaatsen of overwinnen.
In de terugblik van mijn leven zie ik de reflectie van mijn altijd aanwezige geloof en kennis van God en Zijn Zoon. Hun liefde voor mij en mijn liefde voor Hen is wat me telkens opnieuw van beproeving naar overwinning leidde.
Er zullen nog veel mooie en moeilijke ervaringen zijn in dit level van mijn bestaan. Maar deze zal ik, net als deze die voorbij zijn, steeds plaatsen in het grote doel van het universum.

We hebben allemaal onze ups en downs, we winnen en verliezen. Maar als we focussen op ‘het spel’ komt alles goed.
Ik vind het alvast geweldig om mijn leven te zien als onderdeel van een veel groter geheel.

Succes met het spel!

‘We all search for happiness
and we all try to find our own
‘happily ever after’.
All you have to do is
trust your Heavenly Father.
Trust Him enough to
follow
His plan.’
(Dieter F. Uchtdorf)

Zomeruur, licht en Pasen.

Het is zomeruur. Dat betekent dat we de klok een uur verder gedraaid hebben en dat 10 uur 11 uur geworden is. Dat de overheid zo’n konijn uit de hoed haalt is ongelooflijk, en nog wel voor het hele land en een groot stuk van de wereld. In mijn gewoon dagelijks leven zou ik ook wel eens de klok zomaar een uur willen terugdraaien of ineens verder zetten. Floep! Mooie dingen een uur langer beleven, minder leuke dingen vliegensvlug voorbij draaien.

De tijd is te traag voor wie wacht,
te snel voor wie bedeesd is,
te lang voor wie treurt,
te kort voor wie zich verblijdt,
maar voor wie het heeft
is de tijd eeuwig.
(R. Hoemakers)

Maar alle tijd en konijnen in hoeden ten spijt, hebben jullie last van het zomeruur?
Ik moet er toch altijd een beetje aan wennen. Mijn biologische klok heeft ’s morgens een vast uur. Elke dag word ik op ongeveer hetzelfde tijdstip wakker. Met het zomeruur voelt mijn ‘klok’ zich bedot. Ze wordt geforceerd om me nu een uur vroeger wakker te krijgen en als je mij kent is dat niet zo simpel. Gelukkig protesteert mijn lichaam maar een paar dagen en dan heeft mijn innerlijke klok zich bij het zomeruur neergelegd. Dus last? Niet echt veel.

Ik ben wel blij dat het langer licht is. In de lente lengen de dagen sowieso, maar met dat zomeruur erbij kan ik nog extra van het licht genieten.
Ik ben een ‘lichtmens’. En geef nu ook toe: licht is leven, niet?
Dat brengt me ook bij een belangrijke feestdag: Pasen. Dat christelijk feest geeft me altijd zo’n blij gevoel. Niet alleen om de mooie herinneringen van paasklokken en chocolade eieren die verstopt en gevonden werden, maar ook omdat de Paastijd me als mens enorm aanspreekt en mijn ziel verlicht.

Aan Pasen is een naam gekoppeld die bijna iedereen in de wereld kent, maar waarbij toch heel weinig mensen zijn die deze persoon echt kennen. Die naam is Jezus Christus.
Wie is Jezus? Waarom zou Hij vandaag nog belangrijk zijn?
Om te beginnen is Jezus een voornaam, net zoals Pieter en Seppe. Christus is geen achternaam, maar een titel. Die betekent ‘de Gezalfde’.
Die titel duidt erop dat Jezus geen gewone man was, of zelfs de beste leraar ooit. Hij is de beloofde Messias waarover in het Oude Testament geprofeteerd wordt. Hij zou alle mensen redden van zonde en dood (alle, daar vallen wij dus ook onder). Jezus verklaarde tijdens zijn leven zelf dat Hij de Zoon van God was. Ik geloof dat. Hij deed vele wonderen zoals zieken genezen, blinden laten zien, doven laten horen en Hij wekte zelfs doden weer tot leven. Zijn grootste wonder is dat Hij eeuwig leven en geluk aan alle mensen kan geven, we moeten alleen maar in Hem geloven en ons best doen zijn leringen te volgen. Maar mensen zijn mensen, en we maken allemaal fouten – grote en kleine. Soms falen we compleet en zitten we in zak en as, of in een diepe put. En dat is precies de reden waarom Jezus naar de aarde kwam en waarom Hij vandaag nog zo belangrijk is voor ieder van ons.

En voorts zeg ik u dat
er geen andere naam,
noch enige andere weg of middel,
zal worden gegeven waardoor
redding tot de mensenkinderen kan komen,
dan alleen
in en door de naam van
Jezus Christus,
de almachtige Heer.
(Mosiah 3: 17)

Om te kunnen begrijpen waarom Jezus zo belangrijk is, is een vergelijking misschien wel op zijn plaats:

Er was eens een man die zo graag iets wou hebben. Het was zijn grootste droom en hij had er alles voor over, dus ging hij een grote schuld aan om zijn grote verlangen waar te kunnen maken. Men had hem verwittigd hoe gevaarlijk zulke grote schulden wel zijn en hoe er met de schuldeiser niet te lachen viel. Maar de man tekende het contract. De einddatum lag ver in het verschiet en hij was er gerust in dat hij zijn schuld op tijd zou kunnen aflossen. Hij was blij, want hij had nu wat hij wilde.
Het leven ging verder met zijn ups en downs, met hard werken en met pleziertjes, met voorspoed en met tegenslag. Maar de schuldeiser had een vast plekje in zijn gedachten. Af en toe deed de man een afbetaling en stiekem hoopte hij dat de dag van de ultieme afrekening nooit zou aanbreken.
Maar die dag komt altijd voor iedereen, en dus ook voor die man. Het contract was verlopen en de schuld niet afbetaald. De man besefte dat hij zijn schuld nooit kon aflossen en dat de schuldeiser al zijn bezittingen kon opeisen en hem zelfs in de gevangenis kon steken. Hij vroeg:
Kan ik niet meer tijd krijgen?’
Kan je mijn schuld niet kwijtschelden?”
Kan je me geen genade tonen?’
De schuldeiser vond genade maar eenzijdig, daar had hij niks aan. Hij vroeg:
Geloof jij in recht? Ik wil gerechtigheid! Jij hebt het contract getekend en de wet is dat jij betaalt of gestraft wordt. Het is niet de bedoeling dat genade de gerechtigheid kan beroven.’
Als jij mijn schuld niet kwijtscheldt, dan is er geen genade!’ smeekte de man.
Als ik dat doe dan is er geen gerechtigheid!’antwoordde de schuldeiser.
Het leek erop dat er geen manier was waarop zowel de genade als de gerechtigheid tevreden zou zijn. En toch is die manier er! Maar dan is er nog iemand anders voor nodig.
De schuldenaar had een vriend die hem heel goed kende en die wist hoe kortzichtig en gek hij was geweest. Maar die vriend wilde hem helpen omdat hij van hem hield. Hij werd een middelaar. Hij betaalde de schuld en zo was de gerechtigheid tevreden. De middelaar regelde een afbetaling met zijn vriend en zo kreeg die genade.

Als we dit verhaal projecteren op ons eigen leven, dan hebben we allemaal een zekere ‘geestelijke schuld’, en op een dag zal de afrekening komen.
Dit lijkt misschien voor velen, zo niet voor iedereen, de ver-van-mijn-bed-show. Hoe kan dat nu? We zijn toch baas over ons eigen leven? Is er wel een leven na de dood waarin de afrekening komt? Ik ben toch een goed mens?
Vele mensen die een bijna-doodservaring beleefden, vertellen allemaal hoe belangrijk het is om hier goed te doen voor iedereen. Ze beklemtoonden dat het leven dat we hier leiden, ons leven aan de andere kant bepaalt.
Maar niemand is volmaakt, we kunnen allemaal meer helpen, beter helpen, meer doen, beter doen.
En de wet der gerechtigheid zal de aflossing eisen. Gelukkig is er een Middelaar.

Want er is één God en ook één middelaar tussen God en mensen,
de mens Christus Jezus,
die zich gegeven heeft tot een losprijs voor allen.
(1 Timotheüs 2: 5)

Door de genade van Jezus Christus kunnen wij, na alles wat we zelf konden doen, gered worden.

Pasen is het feest waarop de christelijke wereld de verzoening en de opstanding van Jezus Christus herdenkt. Ik kan zeker niet uitleggen hoe Jezus het lijden, de pijnen, de zonden en alle onvolmaaktheden van heel het mensdom op zich genomen heeft, en hoe Hij daar de schuld voor betaalde. Ik kan ook niet uitleggen hoe het kon dat Hij – die zeker dood was- levend werd en zo de deur van de onsterfelijkheid voor alle mensen opende. Geestelijke dingen kunnen niet uitgelegd worden op een stoffelijke manier.
Ik geloof in God en in Jezus Christus, in de opstanding en in een eeuwig leven, en als jij daar ook in gelooft dan weet je hoe moeilijk het is om anderen te vertellen wat je voelt. Ik probeer op deze blog mijn woorden zorgvuldig uit te zoeken en probeer niemand te kwetsen of de indruk te scheppen dat gelovigen ‘beter af’ zijn. Ik kan je maar een schets bieden van hoe ik God echt zie. Ik geef je een onafgewerkt product van mijn gevoelens over Zijn liefde en mijn plaats daarin, een ruw beitelwerk over hoeveel meer Licht ik daardoor ervaar.

The miracle of
RESURRECTION,
the ultimate cure,
is beyond the power of modern medicine.
But it is not beyond the power of God.
(Paul V. Johnson)

Zomeruur, Licht en Pasen. Voor de ene een geestelijke bezinning, voor de andere een familiefeest met eitjes. Geniet van al het licht.